In de geschiedenis, de letterkunde en geschriften komt de naam Geraardsbergen onder verschillende vormen voor: Geroaldi monte (1034-58), Geraldimontem (1081), Geraldimons (1096), de Geraldi monte (1107), Geraldimontensis (1093-1110), Geromontensis (1142), de monte Geraldi (1166), Geralmont (1167), de Geraudi monte (1195), Graumont (1195), Geromontis (XIIe), Geraumont (1201), Gerautmont (1201), Geramont (1211), Gerardi monte (1225), Gerardimontium, Geroaldimontem, Gheeraerdsberghe, Gheerardsberghe, Gheraertsberghe, Gheeroutsberghe, Gheroudsberghe, Geroudsberge, Geroutsberghe, Gheeroudsberghe, Gheroustberge, Geertsbergen,Geeraerdsbergen, Gramont, Grandmont, Grantmont, Grammont.
Etymologie
Geraardsbergen heette oorspronkelijk Gêrawaldas berga wat Oudgermaans is voor 'de berg van Gêrawald' (gaira: speer + walda: heerser > heerser met de speer)
In de taalevolutie vormde dit om naar Geraldes berga > Geroldes berga >
Geroudes berge > Geersberge, in dialect Giesbaarge(n). En in het Frans naar Geraldimont > Geraudi mont > Geraumont resp. Geramont > Gramont, Grammont.
Merk op dat er geen natuurlijke evolutie was naar de naam Geraardsbergen, waarschijnlijk werd het eerste deel Gerard- rond 1200 geïntroduceerd door een klerk.
Geschiedenis
Geraardsbergen werd na 1060 gesticht door Boudewijn VI van Vlaanderen wegens zijn strategische ligging op een heuvel aan de rechteroever van de Dender op de grens met het hertogdom Brabant en het graafschap Henegouwen. Het graafschap Vlaanderen was tot 1046 in het oosten begrensd door de Schelde. In dat jaar palmde Boudewijn V, graaf van Vlaanderen het gebied tussen de Schelde en de Dender in (Rijks-Vlaanderen). De oostgrens werd vanaf dan de Dender en de steden op deze rivier moesten het nieuw verworven gebied beschermen. Vervolgens kocht Boudewijn de heuvel met het omringend gebied van Geraard van Hunnegem, vandaar de naam Geraardsbergen die hij aan de nieuwe plaats gaf. Maar de plaatsnaam Geroaldi Montem, de Latijnse vertaling van Geraldsberg, is al eerder geattesteerd nog voor Geraardsbergen als oppidum is gesticht. Dit gegeven roept op zijn minst toch vragen op over de stelling als zou het oppidum genoemd zijn naar de lokale heer Geraard van Hunnegem. Is dit oppidum gesticht op de plaats die bekendstaat onder de naam Geraardsbergen en moet deze stichting dan niet worden gezien als een verschuiving van niveau waarbij de bestaande nederzetting Geraardsbergen promoveert tot de status stad? De pre-stedelijke Frankische nederzetting Hunnegem ligt trouwens op de linkeroever en buiten de oorspronkelijke ommuurde stadskern op de rechteroever op de flank van de Oudenberg. In 1068 ontving de plaats reeds stadsrechten van de nieuwe graaf Boudewijn VI. De stadskeure werd op het einde van de 12e eeuw schriftelijk bevestigd door Filips van de Elzas.
In 1081 overtuigde Robrecht I de Fries, hierin geruggensteund door de heer van Boelare, de Benedictijnen om hun abdij te verhuizen van Dikkelvenne naar Geraardsbergen. Zo ontstond de Sint-Pietersabdij. In 1175 werden de relieken van Sint-Adrianus overgebracht naar Geraardsbergen waarbij de abdij werd omgedoopt naar de naam Sint-Adrianusabdij. De abdij, die van grote betekenis zou worden voor de stad, kende een grote bloei en een belangrijk abdijcomplex werd uitgebouwd. De verering van Sint-Adrianus als beschermheilige tegen de pest gaf Geraardsbergen zulk een uitstraling dat de stad ook wel Adrianopolis werd genoemd. Verscheidene mirakels zouden toegeschreven zijn aan de verering van de heilige Adrianus.
Vanaf de 12e eeuw werd Geraardsbergen een centrum van lakennijverheid en kende een grote bloei. De stad ontwikkelde zich vanaf de 13e eeuw verder op de linkeroever van de Dender. In 1332 werden er nieuwe vestingmuren, torens en zes stadspoorten gebouwd. In Geraardsbergen ontwikkelde zich een middeleeuws stadspatroon met een hoge stad en een lage stad.
De bloei van de stad stagneerde verscheidene malen door belegeringen, branden en epidemieën. In de strijd tussen de graven van Vlaanderen en de stad Gent koos Geraardsbergen de kant van Gent en werd in 1381 hierom door de troepen van de graaf platgebrand. De stad werd in grootte voorbijgestreefd door steden zoals Aalst en Oudenaarde.
In de 15e en 16e eeuw was Geraardsbergen, net als Oudenaarde, Brussel, Aalst en Edingen, bekend door de productie van wandtapijten (verdures). De productie was van een hoogstaand niveau. Pronkstukken zijn wereldwijd verspreid in musea van onder andere Boston, Wenen en Madrid.
In de 16e eeuw werd Geraardsbergen geteisterd door een grote brand in 1549 en door verscheidene pestepidemieën tussen 1558 en 1585. Op het einde van de 16e eeuw waren er nog slechts 182 huizen bewoond.
Vanaf de 17e eeuw begon Geraardsbergen opnieuw te bloeien. De lakennijverheid kende haar hoogtepunt en in 1697 deed de kantnijverheid haar intrede. Vooral de zware Chantillykant uit Geraardsbergen werd internationaal verhandeld. Tussen 1840 en 1870 kende de kantindustrie haar grootste bloei.
Geraardsbergen groeide in de 20e eeuw uit tot een regionale stad. Wegens de te kleine oppervlakte van de stad begonnen de inwoners na de Tweede Wereldoorlog uit Geraardsbergen weg te trekken naar de aangrenzende randgemeenten. Hier werden belangrijke uitbreidingen gerealiseerd die aansloten bij het stadscentrum van Geraardsbergen. De aangrenzende randgemeenten werden bij de fusie in 1971 opgenomen bij de stad. De verder gelegen randgemeenten bleven landelijk en werden in 1977 bij de stad gevoegd.
de Marbol, een fontein en bron op de Grote Markt, voor het stadhuis. Het is een replica van de oorspronkelijke fontein die in 1930 werd verhuisd. Reeds in de 14e eeuw wordt een bron vermeld
De Sint-Adriaansabdij, gesticht in 1096, een van de machtige benedictijnenabdijen in Vlaanderen tot haar sluiting in de Franse periode (eind 18e eeuw)
Hunnegem: romaans kerkje en priorij, pre-stedelijke nederzetting op de linkeroever van de stad. Het interieur van de kerk en paxzaal zijn parels van de neogotische schilderkunst. Sinds 2018 herbergt de priorij verschillende musea (Musea Hunnegem): Openluchtmuseum De Priorij, Museum Hunnegem-Geraardsbergen (Huge) en Museum en Archief van de Vlaamse Film (Mavf).[7]
De Oudenberg met de Muur van Geraardsbergen, de koninginnenhelling van verschillende wielerwedstrijden, waaronder de Ronde van Vlaanderen. De stad werd zowel in 2004 als 2019 aangedaan door de Ronde van Frankrijk. De Muur is vooral een kuitenbijter doordat de kasseien met hun loopvlak horizontaal liggen en dus eigenlijk trapjes vormen, waardoor hij heel moeilijk te beklimmen is met de fiets. De muur is een helling van de Oudenberg, die op de top plaats biedt aan de Kapel van OLV van de Oudenberg, een bedevaartsoord. Een andere helling uit het wielrennen is de Bosberg op de grens tussen Geraardsbergen en Galmaarden
Burgemeester is Fernand Van Trimpont (Team Geraardsbergen). Hij leidt een coalitie bestaande uit Team Geraardsbergen, Open Vld en Vooruit-Groen. Samen vormen ze de meerderheid met 17 op 32 zetels.
De rode cijfers naast de gegevens duiden aan onder welke naam de partijen bij elke verkiezing opkwamen.
De zetels van de gevormde coalitie staan vetjes afgedrukt. De grootste partij is in kleur.
(*) 1982: GEMBEL / 1988: KP / 1994: Volks (2,27%), W.O.W. (1,38%) / 2006: Nieuwe Partij / 2018: PVDA
Rijdt tijdens de spits vanaf/naar Denderleeuw. Tijdens de spits extra ritten Geraardsbergen-Schaarbeek. Rijdt tijdens het weekend Denderleeuw-Brusssel-Noord.
Rijdt in de spits van/naar Geraardsbergen. Rijdt in het weekend tussen Halle en Mechelen. Rijdt tijdens de vakantieperiode 1x/u enkel tussen Halle en Mechelen.
Sinds 2023 vindt er de wielerwedstrijd Muur Classic plaats die in en rond Geraardsbergen wordt gereden.
Onderwijs
Geraardsbergen heeft meerdere secundaire scholen. Deze zijn het Koninklijk Atheneum (KA Geraardsbergen), het Sint-Catharina College en het Sint-Jozefsinstituut (Karmelieten). Vroeger bestond ook het Technisch Instituut Sint-Jozef (TISJ), maar dit fuseerde met het Sint-Catharina College.
Cultuur
Jaarlijks wordt in de maand februari het einde van de winter gevierd met Krakelingen en Tonnekensbrand. Dit eeuwenoude dubbelfeest werd opgenomen in de Inventaris van Immaterieel Cultureel Erfgoed Vlaanderen (2009) en ingeschreven op de Representatieve Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid van UNESCO (2010).
Elk jaar vond in Geraardsbergen op de tweede zondag van september een festival plaats. Het Internationaal Hooghuysfestival voor Draaiorgelspelers brengt in het afgesloten stadscentrum draaiorgels uit meerdere Europese landen samen. In 2015 ging dit festival voor de laatste keer door.[31]
Geraardsbergen heeft sinds 1981 een eigen radiostation MIG wat oorspronkelijk de afkorting was voor 'Muziek in Geraardsbergen'. De radiozender brengt voornamelijk hits en regionale informatie.