Station Dendermonde is een spoorwegknooppunt in de stad Dendermonde.
Geschiedenis
Het werd in 1837 samen met spoorlijn 53 (Mechelen - Gent-Zuid) werd geopend. In 1853 volgde via spoorlijn 57 de verbinding met Aalst en in 1856 met Lokeren. In 1877 werd spoorlijn 56 (Dendermonde - Hamme - Sint-Niklaas) geopend. In 1880 werd Dendermonde op spoorlijn 52 (Dendermonde - Puurs - Antwerpen-Zuid) aangesloten en in 1881 volgde uiteindelijk spoorlijn 60 die Dendermonde met Asse en Brussel-Noord verbindt.
In 1940 brandde het houten station uit 1880 volledig af. Onmiddellijk werd door de bezetter opdracht gegeven tot de bouw van een nieuw station. De vermoedelijke architecten zijn Josse en Maurice Van Kriekinge. Het nieuwe gebouw werd opgetrokken in gele baksteen. De kubusvormige ontvangsthal in het midden wordt geflankeerd door een rechthoekige klokkentoren.
Op 2 juni 1957 werd het reizigersverkeer op spoorlijn 56 opgeheven. Op 31 mei 1964 werd de verbinding met Aalst verbroken (spoorlijn 57). Hierdoor is Aalst vandaag de dag niet rechtstreeks per spoor verbonden met de provincie Antwerpen. Men dient nu om te reizen via Brussel of Schellebelle. De spoorwegbedding tussen Dendermonde en Aalst is echter nog volledig in handen van Infrabel. De NMBS onderzoekt de heropening van deze spoorwegschakel.[2]
Vanaf 2024 is een vernieuwing van het station gepland, waarbij de smalle reizigerstunnel vervangen wordt door een reizigersgang boven de sporen en de lage perrons verhoogd.
Het station van Dendermonde is het eindpunt van het Gewestelijk ExpresNet van Brussel met verbindingen S3 Dendermonde - Zottegem en S10 Dendermonde - Brussel-Zuid - Aalst. Dendermonde is tijdens de spits ook het eindpunt van de S-trein van Antwerpen met de S34 (Dendermonde -) Lokeren - Antwerpen-Centraal.
Stationsarchitectuur in België, deel II (1914-2003), Hugo De Bot, Brepols, Turnhout, 2003, ISBN 905622-052-7
↑De bron voor de gegevens is NMBS – Reizigerstellingen. De tellingen worden meestal uitgevoerd in de maand oktober: gedurende 9 opeenvolgende dagen (5 werkdagen en de 2 omliggende weekends) worden dan door het stations- en treinbegeleidingspersoneel visuele tellingen verricht. De methode bestaat erin het aantal in- en uitstappende reizigers te tellen in alle stations en stopplaatsen en dit voor alle treinen van het binnenlands verkeer. Het getal naast het kopje 'weekdag' slaat op het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld gedeeld door vijf), zaterdag en zondag staan apart vermeld. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn.
↑De bron voor de gegevens zijn de jaarlijks door de NMBS in oktober uitgevoerde reizigerstellingen. Stationspersoneel en treinbegeleiders tellen dan visueel gedurende negen opeenvolgende dagen (vijf werkdagen en de twee aansluitende weekends) in alle stations en stopplaatsen het aantal instappende reizigers en dit voor alle binnenlandse treinen. De groene balk geeft het gemiddeld aantal opstappende (dus niet het aantal afstappende) reizigers weer op een weekdag (maandag, dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag opgeteld en gedeeld door vijf). Zaterdag wordt weergegeven door de blauwe en zondag door de rode balk. De cijfers geven een indicatie en hebben een foutenmarge, die in sommige gevallen aanzienlijk kan zijn. In 2008, 2010, 2011 en 2021 (corona) werden geen tellingen uitgevoerd. De gegevens zijn online raadpleegbaar, zoekterm Reizigerstellingen