Het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité (BOIC), in het FransComité Olympique et Interfédéral Belgique (COIB), is de sportorganisatie die België vertegenwoordigt in het IOC. Het federatieve betekent hier dat de vzw 81 Belgische sportbonden vertegenwoordigt.
Over het BOIC
Het BOIC heeft voor ogen om actief bij te dragen aan het imago van België als succesvol land in de sportwereld door het aantal Belgische atleten in de wereldtop (Top 8) op de Olympische Spelen aanzienlijk te verhogen.[1]
Om deze doelstelling te verwezenlijken richt het BOIC zich op 4 pijlers:
Het selecteren van Belgische topatleten en hen in optimale omstandigheden naar de Olympische Spelen sturen om er maximaal te presteren met respect voor de olympische waarden.
Het mobiliseren van alle betrokken actoren om een ‘Topsportklimaat’ te creëren in België.
Het ondersteunen van de sportfederaties, leden van het BOIC, in hun activiteiten.
Het integreren van de waarden van de Olympische Beweging, waarvan het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité in België de vertegenwoordiger is.
Ontstaan van het BOIC
Kapitein Clément Lefébure, commandant van de Ecole Normale de Gymnastique et d’Escrime van het Belgische leger, komt de eer toe van stichter van het Belgisch Olympisch Comité. Dit gebeurde naar aanleiding van de voorbereiding van de Olympische Tussenspelen van Athene in 1906. Lefébure nam toen het initiatief om een ad-hoc-comité samen te stellen dat Belgische atleten naar Athene zou sturen.
Op 18 februari 1906 werd een stichtingsvergadering gehouden in de zaal van de Vereniging van Ingenieurs en Industriëlen het Brusselse Hotel Ravenstein. Zo ontstond het BOC met baron Edouard de Laveleye als eerste voorzitter en Cyrille Van Overbergh als medevoorzitter.
Organisatie van de Spelen van de 7e Olympiade, Antwerpen 1920
Deze Spelen van de VIIe Olympiade werden toegekend aan België als compensatie na de Eerste Wereldoorlog. Graaf de Baillet Latour speelde een belangrijke rol aan de zijde van secretaris-generaal Alfred Verdyck in de organisatie van deze Spelen. Verschillende nieuwe elementen werden ingevoerd in Antwerpen. Zo legde de Belg Victor Boin er voor het eerst de olympische eed af in naam van alle atleten. Ook de traditie om de olympische vlag te hijsen ontstond er. Baron de Coubertin ontwierp deze vlag in hoogsteigen persoon in 1914. Als teken van vrede werden er witte duiven gelost.
Naderhand verklaarde Pierre de Coubertin dat hij opgetogen was over deze Spelen: “Dat is de inbreng van de VIIe Olympiade: zij toonde de wereld op een lichtgevende manier de opvoedkundige, de morele en de sociale dynamiek dat het herrezen en modern Olympisme verbergt”.
Op 28 mei 1925 volgde onze landgenoot Graaf Henri de Baillet Latour Pierre de Coubertin op als voorzitter van het Internationaal Olympisch Comité. Hij zat het IOC voor gedurende zeventien jaar, tot aan zijn dood in 1942.
Op 16 juli 1925 fusioneerde het Belgisch Olympisch Comité met de “Comité National d’Education Physique” – NC/BOC – met IOC- en BOC-voorzitter Henri de Baillet Latour aan het hoofd. Door deze fusie ontstond een koepelstructuur die het BOC, de sport- en turnbonden en de LO-protagonisten bijeenbracht.
1965, het begin van een nieuw tijdperk
Toen Ridder Raoul Mollet in 1965 het roer van het Belgisch Olympisch Comité in handen nam werd als het ware een nieuw tijdperk ingeluid. Het was het begin van een periode die werd gekenmerkt door het zoeken naar een financiële autonomie en door de keuze voor professionalisme van de leiders.
Ridder Raoul Mollet omringde zich met jonge talentrijke deskundigen zoals de jonge dokter Jacques Rogge die zich vooral ging toeleggen op topsport en meer bepaald op het objectief selecteren van topsporters en het opstellen en verfijnen van selectiecriteria. Ook met Adrien Vanden Eede, toen secretaris-generaal van het BOIC en later ook van het EOC, vormde hij een succesvol duo, vooral op het vlak van de financiering van de topsport en sportmarketing.
Niet enkel nationaal maar ook internationaal speelde Raoul Mollet een rol van betekenis. In 1967 lanceerde hij samen met andere voorzitters van Europese comités het idee om een Vereniging van Nationale Europese Olympische Comités op te richten, the Association of National Olympic Committees. In 1989 kreeg hij uit handen van Juan Antonio Samaranch de Gouden Olympische Orde.
1978: BOC wordt BOIC
In 1978 veranderde het Belgisch Olympisch Comité van naam Het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité handelde nu ook als coördinatieorgaan van de meeste sportfederaties van het land. Vanaf dat ogenblik vertegenwoordigt het BOIC zowel de olympische als de niet-olympische federaties.
In oktober 1985, onder impuls van Ridder Raoul Mollet, werden de Lentespelen gelanceerd. Deze Spelen trokken zo’n 450.000 jongeren aan die werden aangemoedigd en bijgestaan in de keuze van gezonde en aangepaste sportactiviteiten.
Op 18 maart 1989 volgde Jacques Rogge Raoul Mollet op als voorzitter van het BOIC. Op initiatief van Jacques Rogge organiseerde het Belgisch Olympisch en Interfederaal Comité in 1991 de eerste European Youth Olympic Days in Brussel (nu het European Youth Olympic Festival - EYOF genoemd). In 2001 kwam Guido De Bondt, toenmalig secretaris-generaal van het BOIC, aan het hoofd van de Commissie European Youth Olympic Festival van de Europese Olympische Comités (EOC).
In 2004 nam Pierre-Olivier Beckers het voorzitterschap van het BOIC over. Twee jaar later, op 18 februari 2006, vierde het BOIC zijn honderdjarig bestaan in Hotel Ravenstein in Brussel. Voor zijn verdiensten in de bedrijfs- en de sportwereld ontving hij in 2012 de eretitel van baron. In datzelfde jaar werd hij tijdens de 124e sessie van het Internationaal Olympisch Comité in Londen verkozen als IOC-lid.[1]
Op 10 september 2021 werd ex-tafeltennisser Jean-Michel Saive verkozen als opvolger. Saive stond maar liefst zeven keer op de Olympische Spelen en was reeds vice-voorzitter van het BOIC. Zijn mandaat loopt tot 2025.[2]
Marie-Pierre D'UDEKEM D'ACOZ, Les Belges dans le Comité international olympique, in: Bulletin van de Vereniging van de Adel van het Koninkrijk België, april 2020.
Pierre-Olivier BECKERS-VIEUJEANT, Le comité olympique et interfédéral belge, in: Bulletin van de Vereniging van de Adel van het Koninkrijk België, april 2020.