Van de bevolking was omstreeks 2013 55% rooms-katholiek en ruim 20% evangelisch-luthers.
Ligging, infrastructuur
Aan de westkant van de stad strekt zich het Eggegebergte en ten oosten van de Wezer de bergrug Solling uit. Sommige delen van de gemeente liggen op zeer vruchtbare, met een lösslaag bedekte, grond.
Waterwegen
De Wezer bij Höxter
Brug (bouwjaar: 1710) over de Nethe 5 à 6 km stroomopwaarts van haar monding in de Wezer (Ottbergen)
De stad, die zelf aan de west- of linkeroever van de Wezer ligt, bevindt zich, afhankelijk van de gekozen route, slechts 8 à 10 kilometer ten zuidwesten van het in de deelstaat Nedersaksen gelegen Holzminden, dat aan de oostoever van deze rivier ligt. De Wezer is hier alleen bevaarbaar voor de pleziervaart en voor toeristische rondvaartboten. Bij Godelheim mondt de Nethe links uit in de Wezer. Ottbergen en Amelunxen liggen aan de Nethe.
De Bundesstraße 83 vanuit Hamelen in het noorden, langs de westoever van de Wezer, te Stahle, gem. Höxter direct voorbij de Wezerbrug bij Holzminden, 8 km verder door Höxter, zuidwaarts naar Beverungen en Hofgeismar
De Bundesstraße 64 vanuit Eschershausen in het noordoosten, door Holzminden heen, gecombineerd met de B83 naar Höxter, en langs Godelheim, gemeente Höxter, westwaarts naar Bad Driburg en Paderborn. In het dorp Stahle, 8 km ten noorden van Höxter, is de splitsing van de B64 (2 km rechtsaf naar Holzminden) en de B 83 (10 km naar Polle, 25 km naar Bodenwerder).
In de regio Holzminden - Höxter, aan beide zijden van de Wezer gelegen, zijn in de late 19e en vroege 20e eeuw enkele spoorlijnen aangelegd.
Belangrijke spoorwegstations zijn:
Bij de stations van Höxter-Ottbergen en Holzminden bevinden zich streekbushaltes.
Luchtvaart
Luchtfoto Flugplatz Höxter-Holzminden
Ongeveer 2½ km ten noorden van Höxter, en 4½ km ten zuidwesten van Holzminden, ligt op een heuvel bij Brenkhausen een klein vliegveld met de naam Flugplatz Höxter-Holzminden.
Oorspronkelijk was dit een door de nazi-organisatie Nationalsozialistischer Fliegerkorps (NSFK) gebruikt zweefvliegterrein. In 1975 werd dit, o.a. door de inzet van Britse geniesoldaten, die het terrein egaliseerden, tot een modern klein vliegveld uitgebouwd. Tot 1998 was het vliegveld overheidseigendom, van o.a. de gemeenten Höxter en Holzminden.
Het veld heeft een met asfalt gedekte start- en landingsbaan van 814 meter lang en 20 meter breed.
Bij het vliegveld kan men de sport parachutespringen leren.
Vliegtuigen en helikopters tot een gewicht van 5,7 ton mogen er opstijgen en landen.
De ICAO- code van het vliegveld luidt: EDVI.
De geografische coördinaten zijn:
51° 48′ 38″ noorderbreedte, 9° 22′ 59″ oosterlengte.
Hoogte boven zeeniveau: 285 meter.
Economie
In de stad staat het hoofdkantoor en één productielocatie van Optibelt, een internationaal concern dat o.a. aandrijfriemen en andere rubber machine- en auto-onderdelen levert. Dit concern heeft filialen in Wommelgem (België) en Hillegom (Nederland).
Het toerisme is vanwege de fraaie omgeving en de culturele bezienswaardigheden van belang voor de stad. Binnen de dienstensector is ook het grote ziekenhuis van de stad van belang voor de werkgelegenheid.
Ook in de omliggende dorpen is er, naast toerisme, sprake van enige industrie. Zo staat er te Albaxen een fabriek van ventilatoren (400 arbeidsplaatsen). Zie ook: Lüchtringen (bouwnijverheid).
Historische plaatsnamen van Höxter zijn Hoxer en Huxaria. Höxter werd in 822 door Lodewijk de Vrome aan de Abdij van Corvey geschonken. Höxter lag bij een voorde in de Wezer en op de kruising van twee handelsroutes: de Westfaalse hellweg via Soest (Duitsland) naar Dortmund, en een weg van Kassel naar Bremen, langs de rivier. Ook veel van de tot de gemeente behorende dorpen bestonden, blijkens documenten uit de archieven van Corvey, reeds in de 9e of 10e eeuw. De plaats kreeg in 1250stadsrechten en is sedert 1295 een Hanzestad. In het midden van de 13e eeuw bestonden er twee aparte nederzettingen: Höxter en Corvey, die beide over een houten brug over de Wezer beschikten. In 1265 ging de heerschappij over Höxter over van het graafschap Pyrmont op het Hertogdom Brandenburg. Met de abt van Corvey, die ook het stadje Corvey regeerde, bestond een twist, die er nog in 1265 toe leidde, dat die van Höxter het stadje Corvey en zijn brug verwoestten. In 1331 lieten de Corveyer abten nog als militair steunpunt tegen Höxter te AlbaxenKasteel Tonenburg bouwen. Reeds enkele decennia later hadden die van Höxter dit kasteel zelf in handen.
Om Höxter, dat op de grens van katholiek gebied (Prinsbisdom Paderborn) en protestants gebied (o.a. Vorstendom Brunswijk-Wolfenbüttel) lag, en van 1792 tot 1803 ook deel uitgemaakt heeft van een apart prinsbisdom rond de Abdij van Corvey, is o.a. in de Dertigjarige Oorlog zwaar gevochten. In 1634 werd de in 1533 luthers geworden stad door troepen van de Katholieke Liga veroverd. Daarbij vielen in en om de stad 1.500 doden. De stad werd weer katholiek gemaakt. O.a. de Sint-Nicolaaskerk, die in 1533 protestants geworden was, werd in 1663 weer voor de katholieke eredienst in gebruik genomen. Daarna volgden in de stad twee eeuwen van economische teruggang en armoede. Van 1803 tot 1806 was koning Willem I der Nederlanden in zijn tijdelijke hoedanigheid van vorst van Fulda en Corvey korte tijd de machthebber over de regio. Na de val van Napoleon Bonaparte kwamen Höxter en omgeving in het Koninkrijk Pruisen en vanaf 1871 in het Duitse keizerrijk te liggen.
In 1865 werd een grote bierbrouwerij in de stad opgericht, die tot 1970 bestond. Nog in 1865 verkreeg Höxter aansluiting op het spoorwegnet, en begon de periode van industrialisatie. Van 1895 tot 2011 bestond te Albaxen een belangrijke baksteenfabriek.
In april 1945, aan het eind van de Tweede Wereldoorlog, is de stad door o.a. de burgemeester juist op tijd overgegeven aan de geallieerde troepen. Dezen meenden, dat de stad door veel goed bewapende Duitse militairen verdedigd was, en stonden op 7 april op het punt, Höxter vanuit gevechtsvliegtuigen te bombarderen. De overgave leidde tot het intrekken van dit bevel en het gespaard blijven van de historische binnenstad. Kort tevoren was nog een Höxteraner kroegbaas, die een groep in zijn café drinkende Wehrmachtsoldaten had aangespoord, te capituleren, om die reden (aanzetten tot lafheid) gefusilleerd.
In het verleden hebben troepen in NAVO-verband uit België steunpunten in de gemeente gehad. Deze steunpunten betroffen vanuit de kazerne te Brakel (Duitsland) aangestuurde luchtafweerbatterijen. De Belgen zijn gestationeerd geweest te Bosseborn (1963-1993).
Het historische gemeentehuis en verscheidene andere historische gebouwen werden op 19 september2005 door een explosie zwaar beschadigd. Dit betrof een door een verwarde man gepleegde zelfmoordaanslag, die naast de dader nog aan twee andere mensen het leven kostte. De schade was pas een jaar later geheel hersteld.
In 2016 kwam het bij de stad behorende dorp Bosseborn in geheel Duitsland in de publiciteit: een man en een vrouw lokten via contactadvertenties vrouwen naar hun boerderij in dit dorp, waar de vrouwen vastgehouden, gemarteld en in twee bewezen gevallen gedood werden. De twee daders werden gearresteerd en tot langdurige gevangenisstraffen en de Duitse versie van TBS veroordeeld.
Bezienswaardigheden
Situering Abdij Corvey
Op anderhalve kilometer ten oosten van de stad, daarmee verbonden door een statige, rechte laan, ligt de Abdij van Corvey met onder meer een kloosterkerk, crypte, slot en bibliotheek. Een gedeelte van het gebouwencomplex kan bezichtigd worden. De Abdij van Corvey is sedert 2014UNESCO - wereldcultuurerfgoed. Direct ten westen van de abdij staat het voormalige, eind 18e eeuw gebouwde hotel Dreizehnlindenhaus (sedert 2011 wachtend op geldmiddelen voor restauratie)[5]
Höxter heeft een historisch centrum met nog grotendeels middeleeuwse structuur. Onder de vele vakwerkhuizen zijn er enkele in de stijl van de Wezerrenaissance.
Van de andere monumentale kerkgebouwen in de gemeente Höxter zijn de romaanse St. Kiliaanskerk (westwerk uit 1075) en de gotische Mariakerk in de stad Höxter cultuurhistorisch het belangrijkst.
De stad ligt te midden van fraaie, beboste heuvels (het Eggegebergte). Aan de overkant van de Wezer ligt het Wezergebergte. Beide gebieden worden tot het Wezerbergland gerekend, en zijn geschikt voor wandel-, fiets- en mountainbiketochten.
Vanuit Höxter zijn toeristische rondvaarten over de Wezer mogelijk.
Het oude kasteel Tonenburg bij Albaxen is in gebruik als horecagelegenheid voor motorrijders (Biker-Treff). Er vinden rondom dit kasteel regelmatig rock- en andersoortige popconcerten plaats.
De adellijke familie Wolff-Metternich zur Gracht bezit en bewoont te Bruchhausen twee markante gebouwen, waarvan het ene als Schloss en het andere als Herrenhaus wordt aangeduid. Zij bezit ook landgoed Maygadessen bij Godelheim. Al deze monumentale gebouwen zijn niet voor publiek toegankelijk.
Het klooster te Brenkhausen dateert van 1245. De huidige gebouwen dateren van na de verwoesting tijdens de Dertigjarige Oorlog in 1630 en het daaropvolgende herstel. Het was vanaf zijn stichting tot aan de opheffing ervan in 1803 een nonnenklooster van de cisterciënzers. In de 21e eeuw is het weer een (monniken-)klooster geworden van de Koptisch-Orthodoxe Kerk. In het complex is een bescheiden ruimte voor het publiek toegankelijk als bijbelmuseum. De vroeger tot het complex behorende kloosterkerk is de Johannes-de-Doperkerk van het dorp, die als gewone rooms-katholieke parochiekerk dienst doet. Het interieur van deze kerk is bezienswaardig.
Museum Forum Jacob Pins im Adelshof Heisterman von Ziehlberg: nagelaten kunstcollectie van Jacob Pins (zie hieronder); herinneringen aan de Joodse gemeenschap van Höxter, die tot aan de in 1938 begonnen Holocaust bestond
Jacob Pins (Hebreeuws: יעקב פינס, bij zijn geboorte geheten: Otto Pins (* 17 januari 1917 te Höxter; † 4 december 2005 te Jeruzalem, Israël) Duits-Israëlisch schilder, houtsnijder, graficus en verzamelaar van kunst uit vooral Japan, was in tegenstelling tot zijn ouders ontsnapt aan de Holocaust door naar Israël te emigreren; hij was professor aan de kunstacademie Bezalel Academy of Arts and Design te Jeruzalem; herstelde de band met zijn geboortestad, maakte daar veel vrienden, en deed veel voor de herinnering aan het Joodse leven aldaar voor de oorlog; liet een groot deel van zijn collectie in 2002 aan Höxter na; ereburger van zowel Jeruzalem als Höxter.
↑Het feit, dat bij zijn, door de één jaar later verboden Sozialistische Reichspartei voor propaganda-doeleinden gebruikte, begrafenis te Höxter circa 5.000 mensen, onder wie 500 politiemannen, aanwezig waren, en de publiciteit daaromheen, hebben Höxter jarenlang negatief in het beeld der publieke opinie gehouden.
↑Tenzij anders vermeld, zijn deze kerken e.d. rooms-katholiek.