Jameson was de zoon van Robert William Jameson en Christian Pringle. Hij studeerde geneeskunde en werkte voor een tijdje als dokter in Londen tot hij in 1878 naar de diamantmijnen van Kimberley in Zuid-Afrika migreerde. Hier raakte hij bevriend met de machtige diamantmagnaat Cecil Rhodes. Jameson sloot zich aan bij Rhodes' British South Africa Company en speelde een belangrijke rol tijdens de Eerste Matabele-oorlog.
Jameson Raid
Zie Jameson Raid voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Na de oorlog was Rhodes van plan de Zuid-Afrikaansche Republiek (Transvaal) binnen te vallen en een opstand en staatsgreep onder uitlanders (buitenlandse mijnwerkers in Transvaal) te ontketenen. Jameson werd aangesteld als bevelhebber van deze Raid en viel met 600 man Transvaal binnen.
De inval liep uit tot een mislukking. Na schermutselingen met het Transvaalse leger gaf Jameson zich over en werd hij gevangengenomen. Voor de Raid werd hij in Londen tot vijftien maanden gevangenisstraf veroordeeld, maar werd eerder vrijgelaten vanwege gezondheidsredenen.