Arnaldur Indriðason (Reykjavik, 28 januari 1961) is een IJslandse historicus en schrijver van detectiveverhalen. Hij woont met zijn vrouw en drie kinderen in Reykjavík.
Werk
In 1981 en 1982 was Arnaldur journalist bij het IJslandse dagblad Morgunblaðið, waarna hij als freelance schrijver werkte. Van 1986 tot 2001 was hij filmcriticus bij Morgunblaðið.
Arnaldur publiceerde in 1997 zijn eerste boek Synir Duftsins (Maandagskinderen). Sindsdien is zijn populariteit tot grote hoogten gestegen. In 2004 waren zeven van de tien meest geleende boeken in de bibliotheek van Reykjavík titels van Arnaldur. Maandenlang stond hij met zes boeken in de IJslandse bestsellerlijst. De top-3 leek permanent aan hem toegewezen. Ook buiten IJsland worden Arnaldurs boeken veel gelezen. Ze zijn in het Deens, Duits, Engels, Fins, Frans, Italiaans, Nederlands, Noors, Tsjechisch en Zweeds vertaald en in 26 landen uitgegeven.
Stijl
Arnaldurs bijzondere schrijfstijl is kenmerkend voor veel thrillers uit de Noordse landen: afstandelijk, melancholisch en met veel aandacht voor eenzame personages. Hij hanteert een sobere, economische maar krachtige en beeldende stijl waarin sfeer- en karaktertekeningen samen met de dialogen een ideale ondergrond vormen voor intrigerende verhalen met zeer veel aandacht voor details. Daarbij komen treffende beschrijvingen van de ongerepte IJslandse natuur en sfeervolle beelden. Het weer en de landschappen, zoals die van de Westfjorden, de Oostfjorden en de hoogvlakten, spelen hierbij een belangrijke rol.
Arnaldur heeft een kritische, bij vlagen ironische kijk op de maatschappij. Als voormalig journalist haat hij poespas. Alle informatie staat in dienst van het verhaal. Het zijn de karakterbeschrijvingen van de personages die veruit de bovenhand hebben en meer aandacht krijgen dan het eigenlijke verhaal.
Erlendur-reeks
Veel romans van Arnaldur Indriðason uit zijn eerste jaren, draaien om Erlendur Sveinsson, een moeilijk te benaderen man, die als rechercheur over een groot invoelingsvermogen beschikt. Arnaldur verwerkt graag maatschappelijke problemen in zijn Erlendur-thrillers waarbij hij zijn vroegere ervaring als journalist verwerkt. Hij commentarieert en geeft een richting aan voor gedachtevorming.
Enkele voorbeelden:
- Grafteken beschrijft de grote sociale gevolgen van de Europese politiek van vangstquota voor vissers, zoals leegloop van dorpen en de optredende verstedelijking van Reykjavik.
- In Noorderveen worden de moderne gentechnologie en genetica besproken.
- Huiselijk geweld en de desastreuze gevolgen ervan krijgen in Moordkuil een gezicht.
- De klasse van Engelenstem ligt in de uitwerking van het thema van eenzaamheid en verlies.
- Onderkoeld houdt zich bezig met de vraag of er leven is na de dood.
Nominaties en prijzen
- Arnaldur Indriðason kreeg tweemaal de "Glerlykilinn" (Glazen Sleutel) voor de beste Scandinavische misdaadroman: in 2002 voor Mýrin (Noorderveen) en in 2003 voor Grafarþögn (Moordkuil). In 2005 won hij de CWA Gold Dagger Award voor Silence of the Grave, de Engelse uitgave van zijn Grafarþögn (Moordkuil).
- La Voix, de Franse vertaling van Engelenstem kreeg in 2007 de Franse Grand prix de littérature policière.
- Onderkoeld won de Blóðdropinn (Bloeddruppel) in 2008, de nationale IJslandse literatuurprijs voor misdaadromans.
- Doodskap was de Vrij Nederland-Thriller van het Jaar 2011. De jury koos het boek uit 384 nieuwe spannende boeken.
- Voor Erfschuld won hij de RBA International Prize for Crime Writing.[1]
- Indriðason won in 2017 voor de tweede maal de Blóðdropinn met Petsamo.
Films
Bibliografie
In onderstaande thrillers zijn rechercheur Erlendur, zijn assistent Sigurður Óli, zijn collega Elínborg en zijn mentor Marion Briem de hoofdpersonages:
- Synir Duftsins (1997); Maandagskinderen (2005)
- Dauðarósir (1998); Grafteken (2011)
- Mýrin (2000); Noorderveen (2003)
- Grafarþögn (2001); Moordkuil (2004)
- Röddin (2002); Engelenstem (2005)
- Kleifarvatn (2004); Koudegolf (2006)
- Vetrarborgin (2005); Winternacht (2007)
- Harðskafi (2007); Onderkoeld (2009)
- Myrká (2008); Onderstroom (2010 - deel 1 van vierluik; hoofdrol Elínborg)
- Svörtuloft (2009); Doodskap (2011 - deel 2 van vierluik; hoofdrol Sigurður Óli)
- Furðustrandir (2010); Verdwijnpunt (2012 - deel 3 van vierluik; hoofdrol Erlendur)
- Einvígið (2011); Schemerspel (2013 - laatste deel van dit vierluik is een prequel; hoofdrol Marion Briem)
- Reykjavíkurnætur (2012); Nachtstad (2014 - is min of meer het vervolg op Schemerspel; hoofdrol Erlendur)
- Kamp Knox (2014); Onland (2016 - is min of meer het vervolg op Nachtstad; hoofdrol Erlendur)
Van het duo Flóvent en Thorson zijn de volgende werken verschenen:
- Skuggasund (2013); Erfschuld (2015)
- þýska húsið (2015); Blauwzuur (2017)
- Petsamo (2016); Valkuil (2018)
Van de gepensioneerde politieman Konráð:
- Myrkrið veit (2017), Smeltend ijs (2019)
- Stúlkan hjá brúnni (2018); Boven water (2020)
- Tregasteinn (2019); Smeulend vuur (2021)
- Þagnarmúr (2020); Vallende stenen (2022)
- Kyrrþey (2022); Razende storm (2023)
- Sæluríkið (2023); (nog) niet in het Nederlands vertaald
Andere romans van Arnaldur Indriðason:
- Napóleonsskjölin (1999); Operatie Napoleon (2017)
- Bettý (2003); (nog) niet in het Nederlands vertaald
- Konungsbók (2006); Het Koningsboek (2008)
- Sigurverkið (2021); Het Uurwerk (2024)
Trivia
Het is een opvallend gegeven, dat vanaf het eerste optreden van Marion Briem in Schemerspel, tot aan Marions overlijden in Winternacht, het geslacht van Marion onduidelijk blijft. Vrijwel nergens wordt duidelijk of Erlendurs mentor een man of een vrouw is. Alleen in hoofdstuk 7 in Noorderveen heeft Erlendur even telefonisch contact met Marion, en hierin blijkt, door slechts één woordje, dat Marion Briem een vrouw is. In Engelenstem wordt Briem zowel in hoofdstukken 5 als 19 meermaals met de woorden 'zij' of 'haar' gekarakteriseerd als vrouw.[2]
Bronnen, noten en/of referenties
- ↑ Arnaldur Indridason wins the 7th RBA Crime Novel award for Shadow Channel. Gearchiveerd op 6 maart 2016.
- ↑ In beide gevallen is die geslachtsaanduiding te wijten aan de Nederlandse vertaling. In een interview met Kristín M. Jóhannsdóttir legt Indriðason uit dat hij het geslacht van Marion Briem met opzet ambigu heeft willen houden: "I’ve always made it clear that Marion is nonsexual but in some languages that is actually not possible. For my part Marion doesn’t have a gender. It has often been quite complex to write the person in that way but at the same time quite enjoyable. It’s just one more mystery in the books. I always intended to make Marion that way, and it has to do with discussions of feminism and women’s literature. I wanted to create a character that couldn’t be defined in gender studies, but then it turns out that Marion’s sex is exactly what people are arguing about." Zie het interview in Scandinavian-Canadian Studies Vol. 22 (2015) pp.128-132. Gearchiveerd op 14 april 2021.