De alpenkraai (Pyrrhocorax pyrrhocorax) is een vogel uit de familie van de kraaien (Corvidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd in 1758 als Upupa pyrrhocorax gepubliceerd door Carl Linnaeus.[2] De naam 'Pyrrhocorax' schreef hij met een hoofdletter, en werd als geslachtsnaam voor de soort al gebruikt door Ulisse Aldrovandi, Francis Willughby en John Ray. 'Pyrrhocorax' is samengesteld uit het Griekseπυρρος, 'pyrrhos' = met een kleur als vuur, en κοραξ, 'corax' = raaf.[3]
Veldkenmerken
Deze vogel heeft een zwartblauw verenkleed, rode poten en een kromme, rode snavel. De vleugels zijn vrij stomp en diep gevingerd. Ze hebben een vrij korte, recht afgesneden staart. De lichaamslengte bedraagt 40 cm.
De alpenkraai broedt in berggebieden met steile wanden en aan steile rotskusten. Het nest wordt gemaakt op een rotsrichel of in een nis, soms ook in gebouwen en ruïnes. Het legsel bestaat uit 3 tot 5 eieren.
↑Michael Chinery (1983). Encyclopedie van de Natuur: p.82–83
↑Madge, S. (2018). Red-billed Chough (Pyrrhocorax pyrrhocorax). In: del Hoyo, J., Elliott, A., Sargatal, J., Christie, D.A. & de Juana, E. (eds.). Handbook of the Birds of the World Alive. Lynx Edicions, Barcelona. (geraadpleegd middels https://www.hbw.com/node/60766 op 14 oktober 2018)