Deze editie bestond uit een tweefasige groepsformule met daaropvolgend halve finales en een finale. Deze opzet werd voor het laatst toegepast op het WK van 2009. Bij de voorgaande edities volgde er na de groepsfase direct een knock-outfase, beginnend met de achtste finales. Onder druk van de televisieomroepen van de "grote handbalnaties" is de tweefasige groepsformule heropgenomen als format. Op het WK mannen van 2017 werden Denemarken en Duitsland al vroeg uitgeschakeld in de achtste finales, tot teleurstelling van de televisieomroepen die meer wedstrijden opeisten. Dientengevolge heeft de IHF haar formule van zowel het mannen als het vrouwen WK van 2019, gewijzigd naar een tweefasige groepsformule. Hiermee zijn de "grote handbalnaties" vrijwel verzekerd van acht wedstrijden en de televisieomroepen daarmee van acht uitzendingen.[2]
↑ abIndien landen uit Oceanië (Australië of Nieuw-Zeeland) deelnemen op het Aziatische kampioenschap en binnen de top 5 eindigen hebben zij zich gekwalificeerd voor het wereldkampioenschap. Indien zij op plek 6 of lager eindigen, zal de plaats worden ingevuld door een wildcard.[3]
Oranje begon niet goed aan het duel, terwijl de Spaanse ploeg uit de startblokken schoot. Daardoor keek Nederland al snel tegen een achterstand aan van 6-2 en 9-5. Maar de ploeg rechtte al snel de rug, zag Tess Wester enkele cruciale reddingen verrichten, en wist terug te komen tot 9-9. Daarna nam Nederland het initiatief en kwam het steeds beter in het spel. Vlak voor rust nam het voor het eerst een voorsprong en bij de pauze was de marge zelfs drie: 16-13.
In de tweede helft liep Nederland uit naar een marge van zelfs vijf doelpunten, maar Spanje knokte zich terug in de wedstrijd (23-21, 25-24) door o.a. over te gaan naar 'mandekking', waarmee Nederland zich geen raad wist. De spanning nam vervolgens toe, toen zowel Nederland als Spanje fouten maakte en de marge maar klein bleef. Met nog vijf minuten op de klok leidde Oranje met 28-26. Spanje bracht het verschil weer terug naar één en kreeg de kans op gelijke hoogte te komen. Met een geweldige redding voorkwam Tess Wester dat in eerste instantie. Twee minuten voor het einde kwamen de Spaanse vrouwen alsnog langszij: 29-29.
Een bloedstollende ontknoping volgde. Iets meer dan een halve minuut voor het einde verloor Nederland de bal en mocht Spanje de tijd uitspelen en op jacht gaan naar de winnende treffer. Het was opnieuw Wester die Nederland redde met een geweldige save, waarna Hernandez rood kreeg vanwege het hinderen van Wester bij het uitgooien. Daarop kreeg Nederland aan de andere kant, met nog zes seconden op de klok, een strafworp. Die kans benutte Lois Abbingh koelbloedig.