Roland Bonaparte was de zoon van Pierre Napoleon Bonaparte. Hij genoot zijn opleiding aan Saint-Cyr en huwde op 7 november 1880 Marie-Félix Blanc, dochter van de pachter van de speelbank te Monaco. Uit het huwelijk werd een dochter geboren, Marie Bonaparte. Hij werd in 1886, ingevolge de pretendenten-wet, geschrapt uit de rangen van het leger.
Bonaparte bezocht de Koloniale Tentoonstelling te Amsterdam waar 27 "West-Indiërs" uit verschillende etnische groepen (Creolen, Caraïben, Arowakken, Marrons) aanwezig waren. Van deze personen heeft hij - volgens de methode van Broca - een fysisch-antropologische beschrijving gegeven in het werk: Les Habitants de Suriname; notes receuillies à l'exposition coloniale d'Amsterdam en 1883, (Parijs, 1884). Van ieder persoon nam hij twee grote fototypen (face en profil) op. Ook bevatte het boek een reeks chromolitho's naar aquarellen, voorstellende etnografica, die in de tekst beschreven zijn en vignetten die op land en volk betrekking hebben. Aan de volksbeschrijving gaat een geografische, statistische en historische beschrijving van de kolonie vooraf, die bijna uitsluitend naar Nederlandse bronnen is bewerkt.
Tijdens zijn verblijf te Amsterdam leerde Bonaparte Nederlands onder leiding van mr. M.G.L. van Logchem (1849-1934), oprichter van De Groene Amsterdammer.[bron?]
Met de steun van Bonaparte kon Herman ten Kate in 1885-1886 zijn reizen ondernemen naar Suriname en Venezuela.[bron?]
Werk
Les habitants de Suriname (1884)
Les premiers voyages des Néerlandais dans l'Insulinde (1884)
Les voyages des Néerlandais à la Nouvelle-Guinée (1885)
Notes on the Lapps of Finmark (1886)
Le fleuve Augusta (1887)
Les Derniers voyages des Néerlandais à la Nouvelle-Guinée (1885)
Le Premier établissement des Néerlandais à Maurice (1890)
Une Excursion en Corse (Paris, 1891)
Le Prince Bonaparte,... Notes ptéridologiques (1915-1924)