Vanaf 1866, nadat Veneto opgegaan was in het koninkrijk Italië, volgden de benoemingen elkaar op. Dei Bei was achtereenvolgens substituut-procureur des Konings bij het parket van Padua (1866), Vicenza (1866), Venetië (1870) en procureur in Conegliano (1871) en Vicenza (1873). Dei Bei kreeg de bevordering tot voorzitter van de rechtbank van Venetië (1876) en werd kort nadien raadsheer bij het Hof van Beroep van Venetië (1877).
Vanaf 1889 was Dei Bei in Rome bekleed met het ambt van substituut-procureur-generaal bij het Hof van Cassatie en voorzitter van het Hof van Beroep (1892). Hij verliet Rome om eerste voorzitter te worden van het Hof van Beroep in Genua (1895), in Milaan (1897) en weerom in Venetië (1899). Hij werd bevorderd tot eerste voorzitter van het Hof van Cassatie in Florence (1903), wat hij bleef tot zijn dood.