Abrahamsens vroege werk is door musicologen ingedeeld bij de stroming "Ny enkelhed" ("Nieuwe eenvoud"), die in het midden van de jaren 60 ontstond als reactie op de complexiteit van de Midden-Europese experimentele muziek.[1][2] De eerste werken van Abrahamsen volgden de principes van deze Deense beweging, die een reactie was op de hang naar complexiteit die vooral uitging van de kring rond de "school van Darmstadt".
Bij Abrahamsen kreeg dit vorm door een bijna naïef eenvoudige manier van uitdrukken. Als voorbeeld kan zijn stuk Skum ("Schuim", 1970) genoemd worden. Zijn muziek veranderde en ontwikkelde zich al snel verder, eerst door een wisselwerking met de romantiek (te beluisteren in een werk voor orkest als Nacht und Trompeten, 1981). Daarna heeft hij ongeveer tien jaar slechts weinig gecomponeerd.
Na deze periode ontwikkelde zijn muziek zich tot iets heel eigens, waarin hij de strenge regels en de beperkingen waaraan modernisten zich houden, een plaats geeft in zijn muzikale wereld. Voorbeelden van opmerkelijk werk sinds hij weer componeert, zijn het pianoconcert dat hij schreef voor zijn vrouw, Anne Marie Fjord Abildskov, en het kamermuziekwerkSchnee, waarin het materiaal tot het uiterste is teruggesnoeid. Het voor (en in samenwerking met) de sopraan Barbara Hannigan geschreven Let me tell you (2013) werd een internationaal succes. De operaThe Snow Queen, geschreven in opdracht van Det Kongelige Teater in Kopenhagen, kreeg zijn Nederlandse première in concertante vorm op 4 juni 2022 in het Amsterdamse Concertgebouw onder leiding van Kent Nagano.
Werk (selectie)
Oktober (1969) voor piano
Mit grønne underlag (1970) voor hoorn en orgel
Skum (1970) voor orkest
Rundt om og ind imellem (1971, 76) voor koperkwintet
Strijkkwartet nr. 1(10 Preludes) (1973), orkestversie 2010