Het aantal toeschouwers was vergeleken met 1988 enorm toegenomen omdat de Spanjaarden naast de Derbi-coryfeeën in de 80cc-klasse nu ook konden hopen op goede prestaties van regerend wereldkampioen Sito Pons, Juan Garriga en Carlos Cardús in de 250cc-klasse. In de 500cc-klasse waren Wayne Gardner, Bubba Shobert en Kevin Magee voorlopig door blessures uitgeschakeld.
Wayne Rainey vertrok als snelste, maar na drie ronden zat Kevin Schwantz al aan zijn achterwiel en in de vijfde ronde nam Schwantz de leiding over. Schwantz bouwde al snel een flinke voorsprong op, terwijl Rainey werd aangevallen door Eddie Lawson. Na veertien ronden had Schwantz al een comfortabele voorsprong van vijf seconden. Dat kreeg hij door via zijn pitbord, maar daardoor verslapte (volgens zijn eigen verklaring) zijn concentratie en in de vijfentwintigste ronde viel hij door een wegglijdend voorwiel. Daardoor behaalde Eddie Lawson zijn eerste overwinning voor Honda, met een ruime voorsprong op Wayne Rainey en Niall Mackenzie. Freddie Spencer werd vijfde, zijn hoogste klassering sinds 11 augustus1985 (overwinning in de GP van Zweden).
Na zijn overwinning in de Grand Prix van Australië wilde Àlex Crivillé ook voor eigen publiek schitteren. Dat lukte hem in eerste instantie al door de poleposition te veroveren, voor Hans Spaan en Ezio Gianola. Allan Scott deed het met zijn privé-Honda weer goed door de vijfde tijd te rijden. Er namen niet minder dan 66 rijders deel aan de trainingen.
Heel even bestond de kopgroep uit vier man: Àlex Crivillé, Ezio Gianola, Allan Scott en Jorge Martínez. Crivillé nam echter al snel afstand, bouwde een voorsprong op van 20 seconden, liet die daarna weer teruglopen tot 6 seconden en won onbedreigd. De strijd zat achter hem. Nadat Gianola even problemen kreeg door vastzittende gasschuiven en Scott begon terug te vallen, viel de slecht gestarte Hans Spaan Martínez aan. Dat werd een interessante strijd om de tweede plaats tot Spaan door een gebroken schakelstang de pit in moest. Martínez reed nu eenzaam op de tweede plaats, maar om de derde plaats werd nog gevochten door Gianola en Koji Takada, die deze strijd in de laatste ronde in zijn voordeel beslechtte.
Jorge Martínez nam meteen na de start de leiding, gevolg door Stefan Dörflinger en Herri Torrontegui. In de vierde ronde nam Dörflinger de leiding over. Martínez had toen al problemen door een gescheurde uitlaat, waardoor hij uiteindelijk ook opgaf. Torrentegui gaf ook Dörflinger het nakijken, die zich tevreden stelde met de tweede plaats omdat hij zo toch 17 punten meer had dan Martínez. Manuel Herreros moest de derde plaats opgeven door carburatieproblemen en werd slechts vijfde, achter Peter Öttl en Bogdan Nikolov.
Taru Rinne had na haar goede prestaties in het seizoen 1988 een nieuw team gevonden in Servisco, maar dat sloeg de eerste twee GP's over zodat ze nu pas voor het eerst aan de start kwam.
↑ abKevin Magee had na de finish van de GP van de Verenigde Staten een ernstig ongeval veroorzaakt door achter een blinde heuvel een burnout te maken. Daardoor werd hij aangereden door Bubba Shobert. Magee brak daarbij een onderbeen, Shobert hield er een ernstige hoofdwond aan over.
↑Reed alleen in Groot-Brittannië als vervanger van de geblesseerde Mick Doohan.
↑Reed in Japan en af en toe als vervanger van Tadahiko Taira
↑Reed alleen in Japan, Frankrijk, Groot-Brittannië en Zweden.
↑De Venezolaanse Yamaha-importeur Venemotos kwam niet meer in aanmerking voor fabrieks-Yamaha's en daarom was Carlos Lavado brodeloos. Hij had in de GP van Japan gereden met een Honda van een plaatselijke sponsor, maar was nu in afwachting van eigen materiaal.