In de middag van 13 september 1956 werd de dijk rond Oostelijk Flevoland gesloten en werden de drie gemalen in werking gesteld die de polder zouden droogmalen: Colijn, Wortman en Lovink. De gemalen waren ontworpen om het waterpeil binnen de ringdijk met een centimeter per dag te verlagen, waarmee het gebied in de zomer van 1957 droog zou vallen. Daarna bleven ze dienstdoen om de polder droog te houden.[1] Anno 2021 is Colijn ook betrokken bij de bemaling van Zuidelijk Flevoland.[2]
De drie Werkspoorcentrifugaalpompen draaien in betonnen behuizingen en worden rechtstreeks aangedreven door Heemafdraaistroommotoren. Deze zijn van 1992 tot 1994 gereviseerd en voorzien van nieuwe schakelingen, waarmee het gemaal automatisch kan werken. Bij stroomstoringen biedt een dieselaggregaat enkele basisvoorzieningen: noodverlichting en de mogelijkheid de schuiven te bedienen waarmee perskanalen gesloten worden.[2]
Naast het gemaal ligt een sluis met ophaalbrug, die onderdeel zijn van het gemaalcomplex, dat wordt beheerd door de eigenaar, waterschap Zuiderzeeland.
De wand tussen de entree en de machinehal is uitgevoerd in sierglas, ontworpen door de Groningse kunstenaar Johan Dijkstra.