Emilio De Bono (Cassano d'Adda, 19 maart 1866 - Verona, 11 januari 1944) was een Italiaans militair en fascistisch politicus.
Carrière
De Bono vocht tijdens de Eritrea-oorlog (1887), de Italiaans-Turkse Oorlog (1911) en tijdens de Eerste Wereldoorlog (1915-1918) in het Italiaanse leger. In 1915 werd hij commandant van het 15de Regiment Bersaglieri en in 1918 werd hij commandant van het 9de Legerkorps. Aan het einde van de Eerste Wereldoorlog werd De Bono bevorderd tot luitenant-generaal. Na de oorlog werd hij een van de commandanten van de arditi (elitekorps van het leger) en sloot hij zich aan bij de fascistische beweging. In 1921 werd hij lid van de Nationale Fascistische Partij van Benito Mussolini en in datzelfde jaar in de Kamer van Afgevaardigden gekozen.
Fascistische machtsovername
Tijdens de Mars op Rome (28 oktober 1922) was hij een van de leden van het quadrumviri (viermanschap) dat de mars leidde.
Na de fascistische machtsovername werd hij senator en politiechef (1923). Zijn naam werd echter in verband gebracht met de moord op Giacomo Matteotti, de antifascistische socialistische volksvertegenwoordiger (1924), waarna De Bono tot aftreden werd gedwongen als politiechef. Van 1925 tot 1929 was hij gouverneur van Italiaans-Libië en daarna minister van Koloniën (1929).
In 1929 werd De Bono tot generaal bevorderd en in 1935 tijdens de oorlog tegen Ethiopië, trad hij op als opperbevelhebber van het Italiaanse koloniale leger. In 1936 werd hij maarschalk van Italië. Hij was onderscheiden met de zilveren Medaille voor Militaire Dapperheid, een hoge Italiaanse onderscheiding. Hij was ook commandeur en later grootkruis in de Militaire Orde van Savoye en een van de weinige grootkruisen in de exclusieve Koloniale Orde van de Ster.
Emilio de Bono was katholiek en van adel en was een van de rechtsridders in de Orde van Malta.[2]
Val
Op 24 juli 1943 stemde De Bono als lid van de Fascistische Grote Raad voor de motie van Dino Grandi en was dus voor de afzetting van Mussolini als dictator. Als gevolg van deze keuze werd hij in Noord-Italië door fascisten van Mussolini's Italiaanse Sociale Republiek onder huisarrest gesteld. Tijdens een showproces in Verona werd De Bono als verrader ter dood veroordeeld en ondanks zijn hoge leeftijd terechtgesteld.
Onderscheidingen
Zie ook
Bronnen, noten en/of referenties