Duitse Sociaaldemocratische Arbeiderspartij in de Tsjecho-Slowaakse Republiek
Duitse Sociaaldemocratische Arbeiderspartij in de Tsjecho-Slowaakse Republiek Deutsche sozialdemokratische Arbeiterspartei in der Tschechoslowakischen Republik Německá sociálně demokratická strana dělnická v Československé republice
Vanaf het einde van de jaren twintig nam de invloed van de DSAP onder de Sudeten-Duitsers af; vooral de opkomst van de Sudeten-Duitse Partij (SdP) deed de invloed van de DSAP afnemen. Na de stichting van de Tweede Tsjecho-Slowaakse Republiek (1938), die overigens maar een kortstondig bestaan leidde, werd een tweepartijenstelsel ingevoerd en verdween de DSAP van het toneel. Sudetenland, het Duitstalige deel van de Bohemen, kwam na het Verdrag van München (30 september 1938), aan nazi-Duitsland toe. Hoewel de Sudeten-Duitse sociaaldemocraten altijd een voorstander waren van een Groot-Duitse staat, behoorden zij tot de felste tegenstanders van het nazisme. De bezetting van Tsjechië door Duitsland (maart 1939) leidde tot een grootscheepse door de Duitsers opgezette vervolging van de DSAP. Een aantal leiders wist echter het land te verlaten en richtten in Noorwegen een DSAP in ballingschap op. Na de Tweede Wereldoorlog werd de Sudeten-Duitsers systematisch uit Tsjechië verdreven en vestigden zij zich in de Bondsrepubliek Duitsland waar ook een aan de SPD gelieerde belangenorganisatie voor Sudeten-Duitse sociaaldemocraten bestaat (Seliger-Gemeinde).[3]