Op 9 mei 1921 publiceerde het Franseleger een verzoek voor een groot en krachtig semiautomatisch pistool, met een kaliber van ongeveer 9 mm, een loop van ongeveer 20 cm lang en een magazijncapaciteit van ten minste 15 patronen. Het wapen mocht niet meer dan één kilogram wegen en moest zijn voorzien van een verstelbaar vizier met schaalverdeling, voor een maximaal bereik van 600 meter. Het wapen moest ook kunnen worden voorzien van een aanzetkolf.[4]:p13John Browning, op dat moment de hoofdontwerper van FN, ging aanvankelijk niet op het Franse verzoek in omdat hij vond dat toenmalige standaard magazijnen die zeven of acht patronen bevatten voldoende waren.[5]:pp. 3-4
Saive was op dat moment assistent van Browning bij FN, en hij ontwikkelde een ‘dubbelkolom’-magazijn met een dubbele rij patronen waardoor er meer patronen in pasten. Hij testte zijn ontwerp met een aangepaste FN Browning 1903. Nadat Browning deze magazijnen gezien had ontwierp hij twee 9 mm-pistolen, gebaseerd op zijn Model 1911, één met afsluitervergrendeling en één zonder, en beide met een dubbelkolommagazijn voor 16 patronen. Browning en Colt's Patent Fire Arms Manufacturing Co. vroegen op 28 juni 1923 een Amerikaansoctrooi aan voor de versie mét afsluitervergrendeling. Het octrooi werd verleend op 22 februari 1927, vier maanden nadat John Browning aan een hartaanval overleed in het kantoor van zijn zoon Val Browning, die zijn vertegenwoordiger was bij FN. Colt concentreerde zich volledig op de productie van zijn succesvolle Model 1911, daarom bood Val Browning het ontwerp van de nieuwe 9 mm aan FN aan. FN bracht het ontwerp, enigszins aangepast, op de markt als de FN Browning Grand Rendement (GR).[5]:pp. 3-4 Na het verlopen van de patenten op het Model 1911, verbeterde Saive de GR tot FN Browning Model 1928.[6]
In 1924 en 1925 tekende Joegoslavië contracten met FN voor het in licentie produceren van FN Model M24 grendelgeweren.[noot 1] Voor de productie van de geweren werd in Kragujevac een nieuwe fabriek gebouwd. In 1928 reisde Saive naar Kragujevac om de productie voor te bereiden. De productie begon op 15 oktober 1928, op de dag af 75 jaar nadat in het Knežev Arsenal van Kragujevac het eerste kanon gegoten werd.[9]
In 1929 keerde Saive terug naar België, waar hij toezicht hield op de fabricage van de commerciële versie van de Browning Automatic Rifle op gasdruk. In 1930 werd Saive benoemd tot hoofdontwerper (Chef de Service) van FN. Hij verbeterde in 1932 het mechanisme van de Browning M1919 M2 AN .30 vliegtuigmitrailleur, waardoor de vuursnelheid werd verhoogd tot 1.200 schoten per minuut. In 1938 bracht hij meer verbeteringen aan de M2 aan, waardoor de vuursnelheid verder werd verhoogd tot 1.500 schoten per minuut.[10]
Na 1928 bleef Saive de Grand Rendement verbeteren, wat in 1933 leidde tot een bestelling door het Belgische Ministerie van Landsverdediging van 1000 exemplaren van de nieuwste versie van het wapen. Deze versie werd in het Frans Grande Puissance en in het Engels "Hi-Power" genoemd. De order werd in 1935 geleverd, waardoor dit wapen ook bekendstaat als "FN Browning Model 1935".[5]:pp. 5–7 De Hi-Power was het eerste 9 mm-pistool met een dubbelkolommagazijn. Daardoor kon het wapen zonder een al te dikke of lange handgreep in totaal veertien patronen bevatten (13 in het magazijn en één in de kamer).
Uiteindelijk besloten de Fransen om de Hi-Power niet voor hun strijdkrachten aan te schaffen, maar kozen in plaats daarvan het Franse 7,65 mm-pistool SACM 1935a, waarin veel kenmerken van diverse Browningmodellen overgenomen waren.[4]:p43 Desondanks werd de Hi-Power een verkoopsucces met meer dan 56.000 geproduceerde exemplaren tot mei 1940, voornamelijk voor het Belgische leger. Het werd in de Tweede Wereldoorlog op grote schaal gebruikt door veel landen, waaronder de Britse Gemenebest en Chinese strijdkrachten. Meer dan 319.000[4]:p81 pistolen werden gebruikt door Duitse troepen, onder de naam Pistole 640(b). Deze werden gemaakt in de FN-fabrieken in Luik die op 12 mei 1940 door de Duitsers ingenomen waren.[5]:pp. 5–7
Saive ging bij de Royal Small Arms Factory, Enfield Design Department in de Drill Hall in Cheshunt, Engeland verder met het ontwerp van zijn nieuwe semiautomatische gasdrukgeweer waaraan hij sinds 1936 werkte. Daarnaast maakte Saive met behulp van verschillende door de Britten beschikbaar gestelde vooroorlogse FN-pistolen door ‘reverse-engineering’ nieuwe productietekeningen van de Hi-Power om deze voor de geallieerden te laten produceren (de originele ontwerpen waren in bezet België achtergebleven).[4]:p83[5]:pp. 18–22[13]
In april 1943 vroegen de Chinezen om 180.000 Hi-Power-pistolen voor gebruik in hun strijd tegen de Japanners. Deze wapens moesten geleverd worden met afneembare houten ‘kolfholsters’[noot 4], zoals de in China veelgebruikte Mauser C96 ook had. De wapens werden besteld bij de Canadesefirma John Inglis and Company.[13][noot 5]
Saive, Laloux, Vogels en Dufrasne hielpen Inglis in Canada met het ontwerp en het opstarten van de productie.
In het begin van de jaren ‘30 ontwierp Saive een aantal experimentele semiautomatischegeweren die werkten met massavergrendeling.[noot 7]
Hoewel ze weinig succesvol waren, vormden deze de basis voor een op gasdruk[noot 6] werkend semiautomatisch geweer, dat hij in 1936 patenteerde en waarvoor hij in 1937 een prototype maakte. Kenmerken van dit prototype kwamen later terug in de FN-49. Het nieuwe geweer van FN was begin 1939 nog in ontwikkeling en een versie met een magazijn voor 5 patronen stond op het punt op de markt te komen. Toen Duitse legersPolen binnenvielen, werden de plannen uitgesteld om de productie van grendelgeweren en machinegeweren op te voeren.
Nadat Saive uit bezet gebied ontsnapt was, ging hij bij de Royal Small Arms Factory werken aan het Hi-Power-pistool, en werkte verder aan het ontwerp van zijn experimentele geweer, nu in het kaliber 7,92 mm. Enfield produceerde hiervan 50 prototypes met kaliber 7,92 mm in 1943 die bekendstonden als EXP-1 of SLEM-1 (Self-Loading Experimental Model-1"). Na de oorlog ontwikkelde Saive het ontwerp verder tot het FN Model 1949.
FN Model 1949
Zie FN Model 1949 voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Zie FN FAL voor het hoofdartikel over dit onderwerp.
Van 1947 tot 1953 ontwikkelde Saive uit de FN-49 het zeer succesvolle FN FALsemiautomatischegeweer. Er werd ook een versie geleverd waarmee volautomatisch gevuurd kon worden. Deze werd FALO (Fusil Automatique LOurd (zwaar automatisch geweer)) genoemd en had een zwaardere loop en was voorzien van voorsteunen.
De FAL werd een commercieel succes en behoorde met de M16 en de AK-47 tot de bekendste en meest verkochte wapens ter wereld. In de jaren ‘80 werd het door meer dan 90 landen wereldwijd gebruikt.[1][17]
Later leven
Na de oorlog werd Saive hoofd van de ontwerpafdeling van FN (chef du bureau d’études).[1] Hij ging in november 1954 met pensioen, nadat hij het Kruis van Officier in de Leopoldsorde had ontvangen. Dieudonné Saive overleed in 1970 op tweeëntachtigjarige leeftijd.[1]:p54 Hij is begraven op de begraafplaats van Wandre-Rabosée.
(en) Johnson, Wayne (2004). The FN-49: The Last Elegant Old-World Military Rifle, 2nd expanded ed.; 2019. Wet Dog Publications, Greensboro, NC, pp. 460. ISBN 978-0998139715. NUR 0-9707997-2-1., H2 - Biografie Dieudonne Saive
(fr) Huon, Jean (april 1989). Le FAL. Gearchiveerd op 16 augustus 2022. Gazette des Armes 1989 (Numero 188): p38-45. DOI:12082021.
↑Het Mauser FN model 1924 grendelgeweer is een stevig een eenvoudig repeteergeweer van Belgisch fabricaat. Het wapen is afgeleid van de Mauser Gewehr 98. Het werd geproduceerd door Fabrique Nationale de Herstal (FN). Het wapen werd aan tientallen landen verkocht, en werd in China en Joegoslavië in licentie geproduceerd. Kaliber en details verschillen afhankelijk van de wensen van de verschillende klanten.[7][8]
↑René Laloux, (Luik, 19 januari 1895 - aldaar, 22 november 1981), was onderdirecteur van FN van 1932 tot 1950. Hij volgde in 1950 Gustave Joassart op als directeur generaal en was van 1963 tot 1971 president-commissaris (“Président et administrateur délégué”) van FN.[12]
↑Een kolfholster is een (vaak) houten holster voor een pistool of revolver, die als ‘aanzetkolf’ aan de pistoolgreep kan worden bevestigd, waardoor het wapen met schouderkolf kan worden gebruikt.
↑John Inglis and Company is een Canadees concern. In 1859 startte John Inglis (Schotland, 12 januari 1823 – Toronto, 2 april 1899) in Guelph, Ontario met het fabriceren van machines voor meelfabrieken. Het bedrijf verplaatste zijn productiefaciliteiten in september 1881 naar Toronto, Ontario. Tijdens de Eerste Wereldoorlog ging de fabriek in Toronto voor het eerst oorlogsmateriaal produceren (granaten en scheepsonderdelen). In maart 1938 kreeg het bedrijf een gezamenlijk Brits-Canadees contract voor de productie van 12.000 lichte Brenmachinegeweren met een kaliber van .303” (7,7 mm), 5.000 voor het Britse leger en 7.000 voor het Canadese leger. De productie begon in 1940 in de fabriek in Toronto en er volgden verschillende vervolgorders. 1943 Produceerde Inglis 60% alle Brens (ze werden ook geproduceerd in Groot-Brittannië, India en Australië). Een deel van Inglis’ Brens werd tijdens de Tweede Wereldoorlog geleverd aan de troepen van Nationalistisch China. Deze waren geschikt voor 7,92 mm Mauser-munitie die in China veel gebruikt werd. Inglis produceerde ook Polsten 20 mm luchtdoelkanonnen, Boys antitankgeweren en onderdelen voor marineschepen (Tribalklasse).[14][15] Inglis produceerde in Toronto-ook Browning Hi-Power-pistolen voor Canadees, Chinees en Grieks gebruik. Na de oorlog schakelde Inglis in Toronto weer over op de fabricage van huishoudelijke apparatuur. In 1981 verhuisde het bedrijf zijn hoofdkantoor naar Mississauga, Ontario. Whirlpool Corporation nam Inglis over in 1987 en veranderde in 2001 de naam in Whirlpool Canada. De naam Inglis bestaat nog als merknaam van Whirlpool.[14][16][15]
↑ abGasdruk is het systeem waarbij de druk die bij het afvuren van een kogel opgebouwd wordt in de loop gebruikt wordt om een (semi)automatisch vuurwapen na het afvuren opnieuw te spannen en te herladen. Hiertoe wordt de gasdruk via een opening in de loop naar een zuiger geleid, die het mechaniek bedient dat het wapen opnieuw spant en laadt. De bewegende delen kunnen lichter zijn, en beginnen bovendien pas te bewegen als de kogel de loop al bijna verlaten heeft, wat de nauwkeurigheid ten goede komt. De meeste moderne geweren, aanvalsgeweren en machinegeweren werken met gasdruk.
↑Massavergrendeling is het systeem waarbij terugslagenergie gebruikt wordt om een (semi)automatisch vuurwapen na het afvuren opnieuw te spannen en te herladen. Hiervoor is een relatief zware afsluiter nodig. Deze kan bij het afvuren ‘vergrendeld’ worden, waarbij de (lichtere) afsluiter vergrendeld wordt aan slede en/of loop, wat een betere afdichting tussen afsluiter en kamer oplevert, terwijl de slede en/of loop bijdragen aan de benodigde massa. Een ‘niet-vergrendelde’ of ‘losse’ afsluiter is eenvoudiger, maar moet veel zwaarder zijn; de zware bewegende delen dempen de terugslag, maar hebben als nadeel dat ze gelijk met de afgevuurde kogel beginnen te bewegen, waardoor het wapen minder accuraat is. De meeste moderne pistolen gebruiken massavergrendeling met vergrendelde afsluiter. De Uzi-pistoolmitrailleur is een voorbeeld van een wapen dat werkt met massavergrendeling met losse afsluiter
↑SAFN staat voor Semi-Automatische FN of Semi-Automatisch FN-geweer.
↑AFN staat voor Automatische FN of Automatisch FN-geweer.