Het circuit liep langs de kust van de Adriatische Zee en gold door de rotspartijen en lantaarnpalen als gevaarlijk.
Het circuit
Het circuit was 6 kilometer lang en liep uitsluitend over openbare wegen die voor de races afgesloten werden. Er waren 7 linker- en 7 rechter bochten en men reed met de klok mee. Het start/finishgedeelte lag in een sportcomplex in Preluk. Van daaruit reed men langs de kust richting Opatija. Na een 180° haarspeldbocht vlak voor de stad reed men door het achterland naar het zuidoosten tot kort voor de stad Rijeka. Op dit gedeelte klom het circuit van zeeniveau naar 85 meter hoogte. Na een bocht reed men langs de kust weer naar start/finish.
Geschiedenis
Het circuit werd in 1939 voor het eerst gebruikt. In die tijd hoorde Opatija nog bij Italië en heette het "Abbazia". Daarom werd het ook wel "Circuito di Abbazia" genoemd. Na de Tweede Wereldoorlog werd er steeds meer met motorfietsen geracet. Op 1 september 1946 organiseerde "AMZ Hrvatske" de eerste wegrace die meetelde voor het kampioenschap van Kroatië. In 1947 reed men al voor het nationale kampioenschap van Joegoslavië. Vanaf 1950 kreeg de race de naam "Prijs van de Adriatische Zee" en toen was het al een internationale race. In 1960 veranderde de naam in "Grote Prijs van de Adriatische Zee". Onder die naam kreeg de wedstrijd vanaf het seizoen 1969WK-status. De veiligheid van het Circuit van Opatija stond toen al ter discussie en de Grand Prix van de Adriatische Zee kreeg pas drie weken van tevoren zijn WK-status, nadat de Fédération Internationale de Motocyclisme een aantal aanbevelingen had gedaan met betrekking tot de veiligheid. In 1972 veranderde men de naam in "Grand Prix van Joegoslavië". In 1973 ontstond er weer veel commotie omtrent de veiligheid van het circuit. Sinds 1972 was er al veel verbeterd en had men het aantal strobalen van 1200 opgevoerd tot 3250. Ondanks een inspectie én goedkeuring van de coureurs Chas Mortimer, John Dodds, Giacomo Agostini en Kim Newcombe trok Arturo Magni (teamchef van MV Agusta) zijn coureurs terug. Dat terwijl Giacomo Agostini en Phil Read best wilden rijden. Ook Teuvo Länsivuori had geen probleem met het circuit, maar werd door zijn baas, de Finse Yamaha-importeur Arwidson, onder druk gezet niet te rijden. De teneur in het algemeen was dat de organisatie een dergelijke onsportieve houding beslist niet verdiend had. Tijdens het congres van de FIM in oktober werd het circuit definitief afgekeurd, maar men slaagde er toch in om in 1975 weer op de wedstrijdkalender te komen. Na de dodelijke ongevallen van Billie Nelson in 1974 en die van Ulrich Graf en Giovanni Zigiotto in 1977 werd de Grand Prix van Joegoslavië echter verplaatst naar het nabij gelegen nieuwe permanente Automotodrom Grobnik in Rijeka.
Autoraces
In de jaren vijftig werden in Opatija ook sportwagenraces gehouden. In 1961, 1962 en 1963 reed de Formule Junior er en van 1964 tot 1968 de Formule 3.
Resultaten wegraces in Opatija
Van 1960 tot 1968 (niet in het kader van het wereldkampioenschap)
↑De "Coupe d'Europe voor 50 cc motorfietsen werd in 1961 eenmalig georganiseerd als proef. Toen die slaagde werd de 50cc-klasse vanaf het seizoen 1962 opgenomen in het wereldkampioenschap wegrace.