Cecilie van Mecklenburg-Schwerin

Kroonprinses Cecilie, stond bekend als een knappe vrouw en bracht in Duitsland grote en opvallende hoeden in de mode. (Foto 1908)

Cecilie Auguste Marie (Paleis van Schwerin, Schwerin, 20 september 1886Bad Kissingen, 6 mei 1954), Hertogin van Mecklenburg, was het derde en jongste kind van groothertog Frederik Frans III van Mecklenburg-Schwerin, een halfbroer van prins Hendrik, de echtgenoot van Wilhelmina der Nederlanden, en van grootvorstin Anastasia Michajlovna van Rusland. Zij werd de echtgenote van de laatste Duitse en Pruisische kroonprins Wilhelm van Pruisen.

Na de val de Duitse monarchieën in november 1918 weigerde zij zich gedurende de vijfjarige ballingschap van haar echtgenoot in Wieringen bij hem te voegen. Zij bleef in Berlijn wonen. De huwelijksband, een gearrangeerd huwelijk, harmonisch maar niet hecht omdat Wilhelm tal van affaires had, overleefde de ballingschap niet. Er kwam geen scheiding maar de echtgenoten leefden apart. Cecilie woonde met haar kinderen op Cecilienhof, het voor haar tijdens de Eerste Wereldoorlog gebouwde landhuis in Engelse stijl te Potsdam.

In de jaren 1930 heeft Cecilie geprobeerd om de opkomende nazi-beweging voor de monarchistische zaak te winnen. Hitler leek toeschietelijk maar verbood na zijn benoeming tot Rijkskanselier de monarchistische organisaties. De bedrogen Cecilie trok zich daarop terug uit de politiek en het maatschappelijk leven.

In Potsdam wijdde zij zich nu aan de muziek. Zij omringde zich met musici als Bronislav Hubermann, Wilhelm Kempff, Elly Ney, Wilhelm Furtwängler en de jonge Herbert von Karajan.

De oudste zoon van Wilhelm en Cecilie, prins Wilhelm, sneuvelde in 1940 aan het westelijke front. Toen bij de begrafenis in Potsdam spontane aanhankelijkheidsbetuigingen aan de Hohenzollerns te zien waren, bracht dat Hitler ertoe om een "Prinzenerlaß" af te kondigen waarin alle agnaten van de Duitse vorstenhuizen uit de strijdkrachten werden ontslagen.

Omdat de Russische legers in februari 1945 Berlijn naderden, moesten Cecilie en de familie van haar zoon Louis Ferdinand vluchten. Zij konden niet meer dan een paar koffers meenemen. In Bad Kissingen woonde Cecilie tot 1952 op een zolderkamer van een sanatorium. Later bewoonde zij een armoedig huisje in de omgeving van Stuttgart.

Kinderen van Wilhelm en Cecilie

Cecilie met Wilhelm als bruidspaar op een mozaïek in de Kaiser-Wilhelm-Gedächtniskirche.

Literatuur

  • Herzogin Viktoria Luise (i.e. Viktoria Luise Herzogin von Braunschweig, geb. Prinzessin von Preußen), Die Kronprinzessin, Hannover: Göttinger Verlagsanstalt 1977.
  • Kronprinzessin Cecilie, Erinnerungen, München/Berlijn: Koehler & Amelang, 2001 ISBN 978-3-733-80304-9
  • Jörg Kirschstein, Kronprinzessin Cecilie. Eine Bildbiographie, Berlin: Edition Q 2004.


Zie de categorie Cecilie Herzogin von Mecklenburg-Schwerin van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.