Nicolaas Beets word in Haarlem gebore as die seun van 'n apteker en studeer vanaf 1833 tot 1839 teologie aan die Rijksuniversiteit van Leiden (toe nog bekend as 'n Akademie), waar hy in 1839 promoveer tot doktor in teologie. In sy studentetyd maak hy danksy sy vriend van Engeland, John Ingram Lockhart (1812-1889), kennis met die werk van die Engelse digter Byron, en skryf hy digstukke in dieselfde trant, soos byvoorbeeld 'José' (1834), 'Kuser' (1835) en 'Guy de Vlaming' (1837). Hy was bevriend gewees met Johannes Kneppelhout ('Klikspaan'), Bernard Gewin ('Vlerk') en Johannes Petrus Hasebroek ("Jonathan") saam met wie hy, saam met ander studente, 'n letterkundige klub gevorm het.
In 1840 word Beets beroep tot predikant aan die Nederlandse Hervormde Kerk in Heemstede, waar hy in dieselfde jaar met Aleida van Foreest trou, die suster van sy studentevriend Cornelis van Foreest (1817-1875) en 'n kleindogter van die Leidse hoogleraar en redenaar Johannes van der Palm. Hy het in 1852 in Heemstede saam met sy ouers 'n basisskool opgerig. Dit bestaan vandag nog en heet nou die Nicolaas Beets-skool. In 1854 word hy beroep na Utrecht. Van 1874 tot 1884 was hy hoogleraar in kerkgeskiedenis aan die Rijksuniversiteit Utrecht.
Beets het prosa, poësie, en preke geskryf. Sy bekendste werk is die verhale Camera Obscura wat hy onder die skuilnaam Hildebrand in sy studentetyd geskryf het en waarvan die eerste uitgawe in 1839 verskyn. Hy bly tydens die jare daarna toevoegings tot die werk maak en die werk het eers in 1851 'n definitiewe vorm gekry.
Moontlik sy bekendste gedig is:
De moerbeitoppen ruischten;
God ging voorbij;
Neen, niet voorbij, hij toefde;
Hij wist wat ik behoefde,
En sprak tot mij;
Sprak tot mij in de stille,
De stille nacht;
Gedachten, die mij kwelden,
Vervolgden en onstelden,
Verdreef hij zacht.
Hij liet zijn vrede dalen
Op ziel en zin;
'k Voelde in zijn' vaderarmen
Mij koestren en beschermen,
En sluimerde in.
De morgen, die mij wekte
Begroette ik blij.
Ik had zo zacht geslapen,
En Gij, mijn Schild en Wapen,
Waart nog nabij."
Die Kerkmusikant Willem Vogel het die gedig in 2004 getoonset. Vogel het ook Beets se gedig Het putje van Heiloo getoonset.
Beets sterf op 88-jarige leeftyd in Utrecht aan serebrale bloeding en word begrawe in die Eerste Algemene Begraafplaats Soestbergen. (Sy graf is in 2016 opgeknap en op 10 September dieselfde jaar "onthul".) Die Willem Pompe-instituut, die strafregtelike afdeling van die Fakulteit Regsgeleerdheid, Ekonomie, Administrasie en Organisasie van die Utrecht-universiteit, is in sy huis aan Boothstraat no. 6 (naby die Jans-kerkhof) geleë.
In 1962 is die Hildebrand-monument van die beeldhouer, professor Jan Bronner, in Haarlemmerhout onthul. Nadat die monument verskeie kere erg beskadig is as gevolg van vandalisme is die oorspronklike beelde verwyder. Dit word nou in die beeldetuin van die Museum De Fundatie, kasteel 't Nijenhuis, Heino (Ov.) gehuisves. In 2014 is daar na herstelwerk bronsreplikas in die plek daarvan staan gemaak; die fontein en die omliggende park is ook herstel; en die monument op 13 September 2014 (Beets se 200ste verjaardag) volledig herstel.
Net soos ander predikantsdigters, is Beets ook deur Cornelis Paradijs (Frederik van Eeden) geparodieer in die bundel Grassprietjes of Liederen op het gebied van Deugd, Godsvrucht en Vaderland:
"Maar van allen toch de baas.
Is de groote Nicolaas; -
Wat heeft hij niet saâmgedicht!
Hoeveel harten niet gesticht
Goethe met Homerus samen
Kunnen nooit zijn roem beschamen:
Want hij heeft wat hun ontbrak:
Echte vroomheid ... door zijn vak."
Bron: fragment uit die Predikantelied (hulde aan onzen geestelijken stand) in: Grassprietjes, W. Versluys uitgewery, Amsterdam (1916)
Bibliografie
Publikasies met Beets as outeur
1832 - Het leven is geen kunst, (handgeskrewe) gedigte gedateer 31 Julie 1832. Geen opdrag, aan John Ingram Lockhart? Nie in die versamelde gedigte nie.
1834 - Jose. Een Spaansch verhaal
1835 - De Masquerade (9 Februari 1835). Een gedicht
1840 - Proza en poëzy. Verzameling van verspreide opstellen en verzen
1840 - Ada van Holland. Een gedicht
1840 - Aan mijn vader , gedicht ter gelegenheid van de zestigste verjaardag van Beets' vader (in verwerkte vorm in die versamelde gedigte)
1842 - Leven en karakter van J.H. van der Palm
1843 - De Kruiswoorden. Zeven lijdenspreêken
1845 - Een Paaschgezang
1845 - Twaalf Preêken
1845 - Troost der armen. Een lied in hunne woning op Kersavond 1845
1846 - De Christen bij en op het ziekbed. Woorden van bestuur en vermaning in onze dagen
1846 - Aan den heer Mr. Isaäc da Costa, op den 25sten verjaardag zijner Echtvereeniging. 11 Juli 1846. Nie in die handel nie.
1847 - De herstelde kranke. Woorden van bestuur en vermaning
1847 - Christelijke lesjes voor jonge kinderen
1847 - Een oud randschrift voor de nieuwe munt
1847 - Chronologische kaart voor de geschiedenis van het volk van Israël tot op de verwoesting van Jeruzalem, ten gebruike bij de historische kanonieke en apokrieve Bijbelboeken. Naar de nieuwste Schrijvers opgemaakt
1848 - Des Christens schuld aan den Heidens Redevoering uitgesproken te Zeist, in de Broedergemeente
1848-1851 - Stichtelijke uren
1849 - Achttien Junij 1849. Een woord op den jongsten dank- en bededag, gesproken door een Evangeliedienaar
1849 - Herinneringen en indrukken van een kleine uitstap naar Londen in Mei 1847. Brieven aan een vriend
1849 - Houdt dat gij hebt. Leerreden over Openbaringen III:11b
1850 - Des Heidens loon aan den Christen. Met belangrijke aanteekeningen en bijvoegsels
1851 - Het Oranjewater; 11 November 1851
1851-1853 - Paulus in de gewichtigste oogenblikken van zijn leven en werkzaamheid voorgesteld
1852 - Fantasie en werkelijkheid met betrekking tot het openbaar onderwijs. Openlijk schrijvend aan Dr. H.J. Spijker
1854 - Korenbloemen, Nieuwe gedichten
1854 - De blijvende Heiland. Afscheidsrede gehouden te Heemstede, op den 25 Mei 1854
1854 - Een leeuw op de straten. Zendingsrede, gehouden te Haarlem, 16 Februarij 1854
1856 - De bevrijding der slaven. Redevoering, gehouden in de openbare vergadering van de Nederlandsche Maatschappij tot bevordering van de afschaffing der slaven
1856 - Lijden dienstbaar aan eeuwig heil. Vroegpreek, enz.
1856 - Verpoozingen op letterkundig gebied
1857 - Nieuwe gedichten
1858 - Nicolaas Beets,’s Heilands goedkeuring op de Christelijke Zending. Redevoering uitgesproken te Rotterdam 21 Julij 1858, ter gelegenheid der algemeene Vergadering van het Nederlandsch Zendelingen Genootschap
1858 - Het volmaakte werk der lijdzaamheid
1858-1873 - Verscheidenheden meest op letterkundig gebied. Een tijdschrift op onbepaalde tijden
1859 - Kleine verzameling uit de Stichtelijke uren
1860 - God ons betrouwen. Woorden gesproken in den Utrechtschen dank- en bedestond van Zondagavond. 25 November 1860
1861 - Gesprek met Vondel, naar aanleiding van ’t hem toegedacht standbeeld. Eene voorlezing in de maand Februarij 1861 gehouden
1861 - Iona. Overgedrukt uit „de Vereeniging. Christelijke Stemmen.”
1863 - Twaalf leerredenen
1863 - Verstrooide gedichten uit vroeger en later tijd (1831-1861)
1863 - Voor henlieden geen plaats. Leerrede gehouden op den eersten Kerstdag
1865 - Aan mijne landgenooten op den 18en Juni 1865
1865 - De wandel met God. Leerrede gehouden den zondag na het overlijden van den eerwaarde Jorissen, emeritus predikant te Utrecht
1865 - Gods woord waarheid. Leerrede
1865 - Laat ons het goede doende niet vertragen. Redevoering uitgesproken te Zeist in de kerk der Evangelistische Broedergemeente, den 27 Julij 1865, den dag der algemeene vergadering der Broedersociëteit tot uitbreiding van het Evangelie onder de heidenen.
1867 - De martelaren. Vaderlandsche herinnering aan de hervormde gemeente bij de viering van den gedenkdag der hervorming
1867 - Ten dage van den feestelijken optogt van H.H. studenten der Utrechtsche hoogeschool ter viering van haar XLVIe lustrum, 25 Junij 1867. Welkomstgroet enz.
1867 - Waakt en bidt. Leerrede over Mattheüs 26:41, ter bevestiging van lidmaten
1868 - Een vaderlandsch lied op het veld bij Heiligerlee, vorst en volk toegezongen
1868 - Kort begrip der christelijke heilsleer. Leidraad bij de catechisatiën
1869 - Feestcantate voor den dag der onthulling van het Nationaal Gedenkteeken voor 1813, 17 november 1869. Tekst van Nicolaas Beets bij muziek van W.F.G. Nicolai (1829 - 1896)
1869 - Madelieven. Nieuwe dichtbundel
1870 - De kerk op den Vluchtheuvel ingewijd (19 Juni 1870). Een gedicht
1870 - Kerkredenen onder den indruk der tijdsomstandigheden uitgesproken
1871 - De reizangen in Vondel’s treurspelen, benevens andere opstellen
1871 - Een lied op het jaarfeest der Utrechtsche Zendingsvereeniging in April 1871. Uitgegeven ten voordeele der Utrechtsche Zendingsvereeniging
1872 - Geschenk aan jonge lidmaten der gemeente van Christus
1872 - Lijden op de weg tot heerlijkheid. Kerkrede gehouden op den 2en Paaschdag 1872 voor de hervormde gemeente in de Nicolaï-kerk te Utrecht
1873 - Op den dag der bevestiging. Aan jonge lidmaten der gemeente
1873 - De onthulling van het monument te Heiligerlee, in tegenwoordigheid van Z.M. den Koning den 23 Mei 1873. Dichtregelen uitgesproken te Winschoten
1873-1900 - Dichtwerken. Compleet in chronologische volgorde verzameld
Hieruit los verschenen:
Nog eens najaarsbladen. Gemengde gedichten 1880-1884
Winterloof. Late gedichten. 1884-1887
Dichtwerken. Deel 4 (1874-1884)
Nog eens winterloof. Nieuwste gedichten 1887-1892
Dennennaalden. Laatste gedichten 1892-1900. Met des schrijvers laatste portret en een eigenhandig geschreven gedicht
1873 - Een woord der Schrift over de rijken en armen
1873 - Gesprek over letterdieverij, navolging en oorspronkelijkheid en andere opstellen
1873 - Eenige opmerkingen met betrekkingen tot de denkbeelden van de dag in de richting van de emancipatie der vrouw
1873 - Kerstzegen
1873 - Navolgingen van Lord Byron
1873 - Te Alkmaar, 8 October 1873. Reevoering ter gelegenheid van de plechtige steenlegging door Z.M. de Koning tot het op te richten gedenkteeken van Alkmaars ontzet 8 October 1873 uitgesproken
1874 - Paaschvreugde
1874 - Tabitha. Leerrede gesproken te Utrecht, des Zondags na de begrafenis van Mejonkvrouwe Anne Henriëtte Swellengrebel,[4] overleden 30 Mei 1874
1875 - De wijsheid, die van boven is. Leerrede over Jacobus III, vers 17. Gehouden te Utrecht in de Domkerk ter opening van het academiejaar 1875-1876
1875 - Karakter. Karakterschaarschte, karaktervorming. Redevoering aan de Utrechtsche Hoogeschool, uitgesproken den 16 Maart 1875
1875 - Toespraak gehouden den 14en Junij 1875 voor oud-studenten en studenten der Leidsche hoogeschool
1875 - Zelfverheerlijking. Leerrede van 28 November 1875. Utrechts gedenkdag van Nederlands verlossing van de Fransche heerschappij. Uitgesproken in de Domkerk
1876 - Ter nagedachtenis aan Otto Gerhard Heldring. Uitgegeven ten voordeel der Heldring-Stichtingen te Zetten
1877 - Houdt dat gij hebt. Kerkrede op den gedenkdag der Hervorming
1878 - Groote mannen en ware grootheid. Redevoering op den gedenkdag der stichting van de Utrechtsche Hoogeschool, 26 Maart 1878
1879 - Lectuur voor het ziekvertrek, bijeengebracht uit de „Stichtelijke Uren” en andere geschriften
1880 - Uit Nicolaas Beets’ dichtwerken. Een bloemlezing. Naar aanwijzing van den dichter
1881 - Dichtwerken. 4e deel. 1e st. (Najaarsbladen, Gemengde gedichten 1874-1880)
1882 - Sparsa. Verzameling van verstrooide opstellen en kleine geschriften
1882 - Wie moet veranderen?
1883 - Orgelinwijding op Paaschmorgen in de Buurkerk (24 maart 1883)
1885 - Gedenkboek
1885-1902 - Nieuwe verscheidenheden meest op letterkundig gebied
Hieruit los verschenen:
Everhardus Johannes Potgieter. Persoonlijke herinneringen
1887 - Hildebrand, Na vijftig jaar. Noodige en overbodige opheldering van de "Camera obscura"
1891 - Brokkelvoer van rijmspreuken, oud en jong, ontleend en eigen. Uitgegeven ten behoeve van den bouw eener protestantsche kerk te Valkenburg (L.)
1891 - De man van Smarten, de Heer der Heerlijkheid. Door den schrijver van de »Stichtelijke uren.”
1900 - Dennenaalden". Laatste dichtbundel, 1892-1900. Genummerde editie met door Beets handgeschreven gedicht.
1903-1906 - Al de leerreden. Opnieuw uitgegeven naar de eerste drukken en naar tijdsorde gerangschikt
1903 - Verjaardag-album
1906 - Gedenkboek. Nieuwe uitgave
1906 - Verscheidenheden: De paradijsgeschiedenis en de Nederlandsche dichters. Vondel’s reizangen. Vondel en Rembrandt.
1939 - Hildebrand, De familie Kegge.
1961 - Hildebrand, Een oude kennis van Teun de Jager. Bezorgd door A.A. Boudens
1988 - Hildebrand, De Leydse peuëraar
1999 - Hildebrand, Koppermaandag
2000 - Hildebrand, Een onaangenaam mensch in den Haarlemmerhout. Ingeleid en toegelicht door Dick Welsink
Publikasies met Beets as vertaler
1837 - Byron, Parisina en andere gedichten. Uit Engels vertaal deur N. Beets
1843 - F. Strauss, Helon’s bedevaart naar Jeruzalem. Uit Hoogduits deur A. Kleyn, gebore Ockerse met 'n voorrede van J.H. van der Palm, en opgehelderde aantekeninge deur J. Clarisse. 2de uitgawe. Die vertaling hersien deur N. Beets
1844 - J.A. James, Geschenk van een Christelijken vader aan zijne opwassende kinderen. Na aanleiding van die 14de druk van die Engelse werk vir die Hollandse leser bewerk deur N. Beets
1849 - A. Rochat, De Christelijke moeder in den omgang met hare kinderen geschetst. Uit die Frans vertaal met 'n voorwoord oor die skrywer, deur N. Beets
1849 - De roem der dagen. Uit die Engels vertaal deur N. Beets
1855 - J.A. James, De Christelijke belijder, vertaal deur N. Beets
1863 - F. Strauss, De doop in de Jordaan. Een tafereel uit de tweede eeuw der Christelijke kerk. Uit die Hoogduits, deur A. Klein, gebore Ockerse. Die vertaling is hersien deur Nicolaas Beets
1867 - Is. Watts, Godsdienstige en zedelijke zangen voor kinderen (na die Engels) deur Nicolaas Beets
Publikasies met Beets as redakteur of samesteller
1838 - L.(Lieuwe) Schipper, Gedichtjes voor kinderen. Beets redigeer die teks op versoek van die uitgewer (Erven F. Bohn), die brief wat hy aan die outeur geskryf het is as voorwoord in die boek opgeneem.
1839 - N. Anslijn: 'Viertal verhandelingen nagelaten door N. Anslijn, Nz., uitgegee deur N. Beets'. Alkmaar, H.J. van Vloten, 1839, VIII , 100p. Inhoud: 1. Elk heeft zijn popje; 2. De gedichtjes van Van Alphen als een zedelijk handboekje voor de jeugd beschouwd; 3. Middelen om den mensch ongelukkig te maken; 4. De natuurlijke historie als een voortreffelijk hulpmiddel bij de opvoeding der jeugd beschouwd. Anslijn, bekend door zijn 'Brave Hendrik', was enige tijd huisonderwijzer in het gezin Beets in Haarlem.
1859 - Het huisaltaar. Handboek vir godsdienstige huisgesinne. Saamgestel en uitgegee ten behoewe van die Asyl Steenbeek deur Nicolaas Beets […]
1862 - A.C.W. Staring, Gedichten. Ter 3e uitgave nogmaals door wijlen den dichter herzien en met eene inleiding door N. Beets.
1870 - Bijbel bevattende al de Canonieke boeken van het Oude&Nieuwe Testament volgens de staten-overzetting, met tweehonderd platen van Gustav Doré, voorzien van een voorbericht en uitgegeven onder toezicht van Nicolaas Beets. Opgedragen aan H.M. de koningin der Nederlanden
1870 - Geka [mejuffrouw G. Knutzen], Gezangen. In het licht gegeven door Nicolaas Beets
1881-1882 - Constantijn Huygens, Volledige dichtwerken, met aanteekeningen van P. Leendertz Wz. Uitgegeven door de Hollandsche maatschappij van Fraaije Kunsten en Wetenschappen en onder toezicht van N. Beets.
1881 - Anna Roemers Visscher, Al de gedichten vroeger bekend en gedrukt of eerst onlangs in handschrift ontdekt naar tijdsorde en in verband met hare levensbijzonderheden, uitgegeven en toegelicht door Nicolaas Beets. Met portretten, plaat en facsimiles.