Wagemans was een zoon van winkelier Willem Wagemans en Margaretha Rosetta Pieternella Hansen. Hij trouwde in 1956 met de textielkunstenares Pieternella (Nella) Hogerheyde.
Hij werd opgeleid aan de Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag en werkte vervolgens als schilder van glazen lampenkappen. In de avonduren bekwaamde hij zichzelf als glazenier. Hij maakte glas-in-loodramen, maar ook verlichtingsornamentiek voor woningen en openbare gebouwen.[2] Hij bekwaamde zich vanaf eind jaren dertig in de zandstraaltechniek, de ramen die hij sindsdien maakte kregen een vloeiender lijnvoering met een naturalistischer voorstelling.
Na de Tweede Wereldoorlog werd hij glasschilder en chef-ontwerper op het atelier De Lint in Delft, waar hij vooral ontwerpen van Pieter A.H. Hofman uitvoerde. Hofmans laatste opdracht, het De Ruyterraam voor Vlissingen, werd na diens overlijden in 1965 afgerond door Wagemans.[3] Vanaf 1958 had Wagemans een eigen atelier waar hij glasappliqués maakte, veelal voor scholen in het kader van de percentageregeling. Zijn voorstellingen werden in de loop der jaren meer abstract. Hij was lid van Arti et Amicitiae en de Haagse Kunstkring, hij exposeerde meerdere malen.