De Tokyo Electric Power Company (Japans: 東京電力株式会社,Tōkyō Denryoku Kabushiki-kaisha), ook bekend als Tōden (東電) of TEPCO is een Japanseenergiemaatschappij . Het hoofdkwartier van de maatschappij bevindt zich in Chiyoda (Tokio).
Het bedrijf is het op drie na grootste energiebedrijf ter wereld (na E.ON, EDF en RWE) en heeft ongeveer een derde van de Japanse markt in handen.
Geschiedenis
TEPCO werd op 1 mei 1951 opgericht net als negen andere nutsbedrijven. Alle tien kregen een bepaald gebied aangewezen en hierbinnen werden de bedrijven monopolist. De hele elektriciteitsketen kwam in een hand, van productie, transmissie en distributie naar de finale klant.
Twee jaar later nam TEPCO de eerste elektriciteitscentrale in gebruik. In maart 1971 werd de eerste reactor van de Fukushima Daiichikernenergiecentrale met een capaciteit van 460 Megawatt (MW) opgestart. De bouw van nieuwe kernenergiecentrales continueerde en in 1997 kwam de zevende eenheid van Kashiwazaki-Kariwa kernenergiecentrale in bedrijf. De kerncentrale werd daarmee de grootste van de wereld met een opgesteld vermogen van 8200 MW.
Na een aardbeving op 16 juli 2007 moest TEPCO de centrale van Kashiwazaki-Kariwa sluiten waardoor het bedrijf voor het eerst in 28 jaar de boeken met een verlies moest sluiten. Het daaropvolgende jaar werd eveneens met een verlies gesloten doordat de centrale nog niet in bedrijf was.
Begin 2015 kondigden TEPCO en Chubu Electric Power Company een intensieve samenwerking aan met betrekking tot de fossiele brandstof centrales.[2] De twee willen diverse activiteiten bundelen waaronder als eerste de inkoop van brandstoffen. TEPCO is de op een na grootste afnemer van vloeibaar aardgas. Jaarlijks koopt het zo’n 25 miljoen ton lng in en Chubu zo’n 14 miljoen ton.[2] Verder willen ze samen optrekken bij investeringen in de winning en productie van aardgas.[2] Chubu is het op twee na grootste nutsbedrijf in Japan.[2] De twee hebben fossiele centrales met een totaal opgesteld vermogen van 68 gigawatt (GW) elektriciteit.[2] Twee jaar later zijn ook deze elektriciteitscentrales opgenomen in dit verband. De belangen zijn gebundeld in de joint venture JERA Co., Inc. Hierin hebben beide partijen elk een aandelenbelang van 50%. JERA telde zo'n 4500 medewerkers per april 2019.
Resultaten
Voor een gereguleerde onderneming fluctueren de resultaten van TEPCO fors, dit is vooral veroorzaakt door de ongevallen met de kerncentrales. De onderneming moet extra kosten maken voor de centrales zelf, maar ook andere brandstoffen inzetten, die vaak duurder zijn, om het gemis aan productie van de kerncentrales op te vangen. De zware verliezen in de jaren 2011 tot en met 2013 hebben de financiële positie verzwakt, maar nadien trad een herstel op.
In 2012 kreeg het bedrijf financiële steun van de overheid. Door de enorme kosten van de nucleaire ongelukken was het eigen vermogen van TEPCO gedaald en was een faillissement niet uit te sluiten.[3] Er werd 1000 miljard yen, circa $12,5 miljard, aan aandelenvermogen toegevoegd.[3] Dit verklaart de gestegen solvabiliteit ondanks het grote verlies in dat jaar. De Nuclear Damage Compensation and Decommissioning Facilitation Corporation kreeg hiermee, namens de overheid, een aandelenbelang van iets meer dan 50%. In ruil zal TEPCO over een periode van 10 jaar 3700 miljard yen aan kosten besparen waaronder een personeelsreductie van 10%.[3]
Per 31 maart 2015 had TEPCO een totaal opgesteld vermogen van 66.000 MW. Het grootste deel hiervan zijn traditionele centrales die fossiele brandstoffen gebruiken. Deze hebben een gezamenlijk capaciteit van 54.300 MW, of twee derde van het totaal. De kernenergiecentrales hebben een capaciteit van 12.000 MW en alle waterkrachtcentrales tezamen zo'n 10.000 MW.[6]