Tot en met de jaren tachtig van de twintigste eeuw speelde Stabæk steeds in de lagere regionen van het Noorse voetbal. De club kreeg toen een nieuw bestuur dat ambitieuze plannen ontwikkelde en die plannen ook wist uit te voeren. Binnen drie seizoenen ging de ploeg van de vierde divisie naar de hoogste klasse. Daar bleef de ploeg tot het seizoen 2004 toen Stabæk degradeerde. Stabæk wist echter direct weer promotie te bereiken door kampioen te worden van de 1. divisjon.
Het eerste grote succes behaalde Stabæk in 1998 toen de ploeg onder leiding van de Zweedse coach Anders Linderoth de Noorse beker won door in de finale met 3-1 te winnen van topclub Rosenborg BK. In 2008 behaalde de club haar eerste landskampioenschap, mede dankzij sterspeler Alanzinho.
In 2012 werd besloten om de wedstrijden van de club te verhuizen naar het oude Nadderud stadion. De club speelde daarvoor in de Telenor Arena, maar had een te grote capaciteit om elke wedstrijd vol te stromen. De club degradeerde in haar eerste seizoen in het Nadderud naar de 1. divisjon. Stabaek had maar een seizoen nodig om terug te keren op het hoogste niveau.
In 2021 volgde opnieuw degradatie naar de 1. divisjon. Stabaek verloor de tweestrijd met SK Brann, dat op de laatste speeldag over Stabaek heenging op de ranglijst. Het jaar erna werd wel weer promotie bereikt.
De navolgende voetballers kwamen als speler van Stabæk Fotball uit in een Europees vertegenwoordigend A-elftal. Tot op heden[1] is Veigar Gunnarsson degene met de meeste interlands achter zijn naam. Hij kwam als speler van Stabæk Fotball in totaal 24 keer uit voor IJsland.