De spektorren of spekkevers (Dermestidae) zijn een familie van kevers. De wetenschappelijke familienaam werd in 1804 voorgesteld door Pierre André Latreille.
Kenmerken
Het lichaam van deze kevers is rondachtig of iets langwerpig met een lengte, die varieert tussen 2 en 12 mm. De kleuren zijn vaak bruin of zwart, met patronen van gekleurde haren of schubben. De voorvleugels zijn hard en leerachtig en komen midden op de rug samen. De achtervleugels zijn membraan-achtig, soms afwezig. Een brede lichte band doorkruist de elytra, met drie zwarte stippen aan beide zijden. Op het voorlaatste achterlijfssegment van de larven zitten twee naar achteren gerichte, doornvormige uitsteeksels.
Leefwijze
De larven voeden zich met gedroogd vlees of vis, maar ook plantaardig materiaal, wol, zijde en bont laten ze niet liggen. De meeste kevers zijn aaseters en voeden zich met droge planten of dierresten zoals haren en veren, maar ook dode insecten. Ze komen ook voor in dode dieren, vogels en bijen- of wespennesten. Andere soorten leven in het graan en kunnen een echte plaag vormen.
Voortplanting en ontwikkeling
Dicht bij de voedselbron zet een vrouwtje 200 tot 800 eitjes af, die na ongeveer 9 dagen uitkomen. Het popstadium duurt 8-25 dagen en binnen 1 maand zijn de larven volwassen. Nadat de larven volgroeid zijn, verlaten ze hun voedselbron en gaan op zoek naar een geschikte verpoppingsplaats. De kever heeft een levensduur van ongeveer 3 maanden. Ze kennen een volledige gedaanteverwisseling.
Verspreiding en leefgebied
Deze familie komt wereldwijd voor in en bij uitgedroogde resten van dieren.
↑Latreille, P. A. (1804). Tableau méthodique des insectes [pp. 129–200]. Nouveau dictionnaire d’histoire naturelle, appliquée aux arts, pricipalement à l’agriculture et à l’économie rurale et domestique: par une société de naturalistes et d’agriculteurs Tableaux méthodiques d’histoire naturelle Tome XXIV. Déterville, Paris, 84 + 85 + 238 + 18 + 34 pp. [7 Mar 1804 (Evenhuis 1997a: 198)]
David Burnie (2001). Animals, Dorling Kindersley Limited, London. ISBN 90-18-01564-4 (naar het Nederlands vertaald door Jaap Bouwman en Henk J. Nieuwenkamp).