Sena Gallica (Oudgrieks: Σήνη / Sênê); thans Senigallia) was een stad van de Senones, op de Umbrische kust aan de monding van de rivier Sena gesticht, sedert 283 v.Chr. een colonia in de Ager Gallicus.[1] In de nabijheid, bij de Slag bij de Metaurus, sneuvelde Hannibals broer Hasdrubal in 207 v.Chr.[2] In 82 v.Chr. zou de stad worden geplunderd tijdens Pompeius' strijd tegen de Marianen.[3] De stad deed al vroeg dienst als een diocesane zetel. Sena Gallica deed in 551 n.Chr. dienst als Byzantijnse uitvalshaven tijdens de Gotische Oorlog[4] en ging dientengevolge deel uitmaken van de Pentapolis. Er liepen twee straten uit op deze stad: de Adriatische kustweg[5] en een zijtak van de Via Flaminia uit Cagli.[6]
Zie ook
Noten
- ↑ Polyb., II 19.12; Liv., Per. XI, XXVII 38.4.
- ↑ Cic., Brut. 18.73; Liv., XXVII 46.4; Sil., XV 552; App., Hann. 52; Eutrop., III 18.2; Oros., IV 18.3; Zonar., IX 9.
- ↑ App., Bel. Civ. I 87-88.
- ↑ Procop., Goth. VI 23.
- ↑ It. Ant. 100, 316; Tab. Peut.; Rav. Cosm. 4.31; 5.1.
- ↑ It. Ant. 315-316; CIL XI, 2, p. 997.
Referenties
- art. Sena (1), in J.G. Schlimmer - Z.C. De Boer, Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid, Haarlem, 19203, p. 552.
- N. Alfieri, art. SENA GALLICA or Senagallia (Senigallia) Ancona, Marche, Italy, in R. Stillwell - e.a. (edd.), The Princeton Encyclopedia of Classical Sites, Princeton, 1976.