In 1985 werden de bomen gekapt die deze heuvel inmiddels bedekten. In 1992 werd de heuvel door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek door middel van enkele sleuven onderzocht. Het onderzoek wees uit dat het niet om een galgenheuvel, maar om een grafheuvel ging. Bij het onderzoek is de kern echter niet verstoord.[1] Het Vorstengraf ligt op het hoogste punt in de wijde omgeving. De ligging en grootte van de grafheuvel doen vermoeden dat het de rustplaats is van een belangrijk persoon uit de late brons- of vroege ijzertijd in Nederland. Na een onderzoek van de bodemstructuur wordt het zeer waarschijnlijk geacht dat de Vorstengrafheuvel op een oudere grafheuvel is aangelegd.
In de Tweede Wereldoorlog werd een mitrailleursnest in de heuvel ingegraven en er werden loopgraven in het gebied aangelegd. Nabij het Vorstengraf staat een monument voor verzetsstrijders uit de Tweede Wereldoorlog. Zeven verzetsstrijders werden op 1 mei 1943 gefusilleerd en hun lijken werden in 1946 in een massagraf teruggevonden.
De gronden aan de oostkant van De Hamert zijn in de jaren 1930 echter ontgonnen. Hierdoor is het Vorstengraf (voor zover bekend) de enig overgebleven grafheuvel op het landgoed.