Agnes († 13 juni 1485), huwde vóór 6 maart 1451 met Koenraad VII van Bickenbach († 10 januari 1483). Koenraad was hofmeester van zijn zwager Adolf II van Nassau, aartsbisschop en keurvorst van Mainz.
Adolf was in 1393 zijn vader opgevolgd als graaf van Nassau-Wiesbaden-Idstein.[2][3] Hij overleed in 1426 toen de kinderen nog minderjarig waren. Margaretha voerde de voogdij over de kinderen.[7] Ze was tevens regentes van het graafschap tot 1433.[8] In 1429 bevestigde Margaretha in een oorkonde het bondgenootschap met graaf Johan IV van Katzenelnbogen en diens zoon Filips.[1]
Grafmonument
Margaretha overleed op 7 november 1442 en werd bij haar echtgenoot begraven in de Uniekerk te Idstein. Het grafmonument voor Adolf en Margaretha is het oudst bewaard gebleven grafmonument van leden van de Walramse Linie van het Huis Nassau en is waarschijnlijk kort na de dood van Adolf gemaakt door een anonieme meester uit Mainz. Het monument toont het meer dan levensgrote, naast elkaar op een dubbellijvige leeuw staande echtpaar in hoogreliëf. Links Adolf in een uit wambuis, maliënkolder, tuniek, beenbeschermers, zwaard, dolk en open helm bestaand harnas met het wapen van Nassau op de nekrand, rechts naast hem Margaretha in lang gewaad, mantel en sluier, de rozenkrans in haar handen. Boven beide figuren is hun volledige wapen aangebracht.
Over de oorspronkelijke opstelling van het grafmonument zijn geen verdere details bekend, maar de afschuining van beide randen en de plaatsing van de inscriptie bij Adolf naar buiten, bij Margaretha naar binnen wijzend, zijn aanwijzingen dat de grafplaat waarschijnlijk met het hoofdeinde en de lengte van de zijde van Margaretha tegen een wand stond. De leesbaarheid van de teksten vanuit een hoek boven de figuren werd verzekerd door de plaatsing op de verschillend afgeschuinde randlijsten. Adolfs grafschrift is aan de linkerzijde, naar buiten hellende rand van boven naar beneden uitgehouwen en door de smalle opstelling van het monument vandaag de dag moeilijk te ontcijferen; aan de rechterzijde van de grafplaat, met naar het blikveld hellende rand staat Margaretha's grafschrift, beginnend bij het bovenste helmteken. De inscriptie in minuskel van Margaretha toont wegens de plaatsing tegen een wand in aanvulling een kwalitatief veel slechtere uitvoering. Woordscheiders zijn kleine vierhoeken. De inscriptie voor Adolf luidt: “Anno · d(omi)ni · m · cccc · xxvi · ip(s)o · die · s(an)c(t)e · anne o(biit) · nobilis · d(omi)n(u)s · d(omi)n(u)s · adolffvs · comes · i(n) · nassaw · cui(us) · a(n)i(m)a · r(e)q(ui)escat · i(n) · pace” en de inscriptie voor Margaretha luidt: “Anno · / d(omi)ni · m · cccc · <x[lii]° · die s(an)c(t)i willibrordi · ep(iscop)i> · o(biit) · nobil(is) · d(omi)na · margareta · de baden · Comitissa · i(n) · nass(aw) · c(uius) · a(n)i(m)a · r(e)q(uie)scat · i(n) · pace”. Als sokkel van de tombe kunnen (twee ?) zittende leeuwen gediend hebben, waarvan er een, met het wapen van Margaretha, voor de grafplaat geplaatst was.
De grafplaat wordt reeds sinds de 17e eeuw in het ridderkoor van de kerk rechtop tegen de oostelijke muur aangetroffen. Mogelijk al tijdens de uitbreiding van de kerk in 1667-1677 en de gelijktijdige barokisering, maar waarschijnlijk rond 1726 bij de verbouwing van het oorspronkelijk gewelfde, hogere koor, sloeg men de in de tekening van Heinrich Dors uit 1632 nog overgeleverde de bovenste helmdecoratie met helmdeksels van het monument af. De grafplaat van gele zandsteen kreeg een uniforme laag grijze verf.[9]
Dek, A.W.E. (1970). Genealogie van het Vorstenhuis Nassau. Europese Bibliotheek, Zaltbommel.
(fr) Huberty, Michel, Giraud, Alain; Magdelaine, F. & B. (1981). l’Allemagne Dynastique. Tome III: Brunswick-Nassau-Schwarzbourg. Alain Giraud, Le Perreux.