Blondeel behoorde tot de kunstenaars van de renaissance. In 1549 richtte hij naar aanleiding van de blijde intrede van keizer Karel V in Brugge twee triomfbogen naar Romeins voorbeeld op: de Archz triomphaux en de Eschaffaulx. Ook ontwierp hij een kanaal dat Brugge verbond met de zee, een project dat de Brugse handel sterk bevorderde. Daarnaast schilderde Lanceloot Blondeel vooral godsdienstige motieven.
Het is bekend dat hij een dochter had, genaamd Anna, die later trouwde met zijn leerling Pieter Pourbus.
Werken
Enkele schilderijen van Blondeel worden bewaard in Brugge.
Madonna tussen de HH. Eligius en Lucas, 1545, olieverf op doek, toont de patroonheiligen van respectievelijk de zadelmakers- en beeldsnijdersgilden. Dit werk is opgenomen in de lijst van het roerend cultureel erfgoed van de Vlaamse Gemeenschap.[2]
Legende van de HH. Cosmas en Damianus, 1523, olieverf op doek. Het vroegste bekende schilderij van Blondeel toont de beschermheiligen van de gilden van de chirurgijns en barbiers. Dit werk is ook opgenomen in de lijst van het roerend cultureel erfgoed van de Vlaamse Gemeenschap.[2]
Literatuur
Eva TAHON, Lanceloot Blondeel in Brugge = Lanceloot Blondeel à Bruges = Lanceloot Blondeel in Bruges = Lanceloot Blondeel in Brügge, Uitg. Stichting Kunstboek Oostkamp, 1998, EAN|ISBN9789074377812