Als zoon van een notaris stamde hij uit een familie van geneesheren. Zijn overgrootvader Corneille Sebrechts werd reeds in 1793 gelauwerd vanwege verdiensten in de verloskunde.
In 1911 huwde hij met Jeanne Van Caillie, de dochter van de vrederechter uit Oostende. Zij werden de ouders van acht kinderen.
Zijn carrière in Brugge begon in 1909 in de Sint-Jozefskliniek, om in 1912 hoofdchirurg te worden in het Sint-Janshopitaal te Brugge. Hij leidde ook een kleine privékliniek naast zijn woning. In 1925 werd hij benoemd tot geaggregeerd professor aan de Leuvense Universiteit. Hij bleef werken tot kort voor zijn dood op 63-jarige leeftijd.
Hij maakte naam door de uitvinding of de verbetering van chirurgische technieken, onder meer in maag-, darm- en rectumchirurgie, in pneumectomie en vooral in de techniek van de ruggenmergverdoving, waar zijn naam blijvend aan verbonden is.
Deze sociaal ingestelde man, lid van tal van medische commissies en besturen, lag aan de basis van de chirurgie in Brugge en van de ontwikkeling van de anesthesie in het algemeen.
Hij gaf opleiding aan tal van jonge chirurgen die later succesvol werden.
Andere activiteiten
Sebrechts was:
lid en voorzitter van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Geneeskunde,