De bovenaangeduide standaardaanduiding, conform de database bij IPNI, kan gebruikt worden om Johannes le Francq van Berkhey aan te duiden bij het citeren van een botanische naam. In de Index Kewensis is een lijst te vinden van door deze persoon (mede) gepubliceerde namen.
Johannes le Francq van Berkhey, ook: Joannes le Franc van Berkhey (Leiden, 23 januari1729 - aldaar, 13 maart1812), was een Nederlandse natuuronderzoeker, arts, dichter en schilder.
Jeugd en opleiding
Johannes le Francq van Berkhey was de zoon van Evert le Francq en Maria Berkhey. Als kind verloor Johannes zijn vader. Hij groeide op bij grootvader Jan Berkhey en voegde later de naam Berkhey aan zijn achternaam toe, o.a. vanwege een legaat van zijn moeder. De lagere school bezocht hij in Katwijk. Daarna ging hij in de kunsthandel van zijn vader werken, wat zijn interesse in kunst en biologie opwekte.
In 1747 schreef hij zich in aan de Leidse universiteit, oorspronkelijk voor een studie klassieke talen. In 1761 promoveerde hij op een medisch proefschrift, Expositio de structura florum qui dicuntur compositi.
Werk
Hij vestigde zich eerst als arts in Amsterdam en drie jaar later, in 1764, op het landgoed Leevliet te Warmond. Daar begon hij zijn hoofdwerk Natuurlyke Historie van Holland, waarvan in 1769 het eerste deel verscheen. Het zesdelige werk werd een succes en werd vertaald in het Duits en Frans. In 1773 werd Le Francq van Berkhey lector in de natuurlijke historie aan de Universiteit Leiden. Hij verzamelde duizenden tekeningen en schetsen van natuurkundige voorwerpen. Hij was ook als dichter zeer actief. Dat hij een vurig aanhanger van Oranje was, liet hij in woord, geschrift en beeld (een vlot in het Rapenburg) weten. Het bracht hem in diverse conflicten, leidde tot de gedwongen verkoop van zijn natuurkundige verzameling en in 1795 zelfs tot zijn ontslag bij de Leidse universiteit.
Koper van de collectie Berkhey was in 1785 het Koninklijk Kabinet van Natuurlijke Historie van Spanje. De collectie kwam terecht in de Real Jardín Botánico, de Spaanse Koninklijke Bibliotheek en het Museo Nacional de Ciencias Naturales. Delen uit de nalatenschap van Le Francq van Berkhey zijn behalve in Spanje ook in Leiden (Erfgoed Leiden en Omstreken en Universiteitsbibliotheek Leiden) en in Den Haag (Koninklijke Bibliotheek) te vinden. Begin 2012 was een deel van de enorme collectie te zien in museum Naturalis in Leiden. In september 2012 kon het Limburgs Museum in Venlo een bijzondere tentoonstelling uit de collectie laten zien, parallel aan de Floriade in Venlo. De Spaanse curator María Pilar de San Pío Aladrén noemt Le Francq van Berkhey een "visionair" en "een van de eersten die een relatie legde tussen kunst en wetenschap".[1] Het schrijversmotto van Le Francq van Berkhey was "vrank en vry". Dat was ook de titel van de dissertatie die Robert Arpots in 1990 over hem schreef.
Laatste jaren
In 1807 verloor Le Francq van Berkhey bij de Leidse buskruitramp zijn huis en bijna zijn leven. Hij woonde tijdelijk in Huis ten Bosch in Den Haag, waar een daklozenopvang was ingericht, en stierf uiteindelijk in het huis van zijn dochter in Leiden. Le Francq van Berkhey werd begraven in de Hooglandse Kerk.
Eerbewijzen. Plantengeslacht en planetoïde
Het geslacht Berkheya van de plantenfamilie Asterales is genoemd naar Johannes le Francq van Berkhey.
In 2010 werd planetoïde 27567 aan Le Francq van Berkhey opgedragen.
Publicaties
't Bataafsche Athene in drie herderskouten. Leiden, 1760
Verhandeling over de beste middelen om onze landen, zoo hooge als lage, elk naar zijn aard, ten meeste voordeele aan te leggen. 1763
Claudius Civilis, trsp. Amsterdam 1764
Het Rijnlandsche wedspel. Leiden 1766
De Amsterdamsche schouwburg verheerlijkt door het treurspel Leo de Groote, opgesteld door Mej. de Lannoy. 1767
Het huwelijk van Telemachus en Antiope in Ithaka. Amsterdam 1768
Hekeldicht aan den Heere J. Nomsz. 1769
Het orakel in den tempel der Nederduitsche dichteren. Leiden 1769
Zotklap voor de naamlooze cabale van lasteraars van J. le Fr. v.B. of de zoogenaamde Verdedigers des Heeren Nomsz, wegens Zoroaster en tegen het hekeldicht van Alcibiades. 1769
Natuurlyke Historie van Holland. 1769-1778 (4 delen). Franse vertaling: Histoire géographique, physique, naturelle et civile de la Holland, Bouillon, 1781 , Duitse vertaling: Naturgeschichte von Holland, Leipzig, 1779-1782
Leidens burgertranen op de grafzerken der Edele Groot Achtbare Heeren Mr. Johan v.d. Mark, enz. Leiden 1771
Het verheerlijkt Leiden bij het tweede eeuwgetijde van deszelfs heuglijk ontzet. Leiden 1774
Dankbetuiging aan den dichter J. de Kruiff voor zijn beschouwingen en verbeteringen in het Verheerlijkt Leiden. Leiden 1775
Verzen en gedichten voor het Gen.: ‘Veniam pro Laude’; Leiden verrukt op het tweede eeuwgetijde der Hoogeschool, zinnespel. Leiden 1775
Vriendentranen bij het sterfbedde van J.C. Schütz. Leiden 1778
Beschrijving van een aanmerkelijke snaphaan, met het wapen en de spreuk des Heeren van der Does Noortwyk, 1573, enz. benevens twee stukken geschut gevonden in de verlatene legerschanzen der Spanjaarden. Leiden 1778
Nieuwe uitgave der kaart van Joost Jansz. 1778. Amsterdam 1778
Natuurlyke historie voor kinderen ingericht naar de uitgave van G.C. Raaff, verb. en verm. en in samenspraken overgebracht. Leiden 1780,
Procve eener aanleiding tot de Nederduitsche taalkunde door J.C. Schütz uit deszelfs handschrift medegedeeld door J. le Fr. v.B. overgedr. uit: Brender à Brandis': Taal, Dicht- en Letterkundig kabinet. Amsterdam 1781
Vaderlijk afscheid aan zijn zoon, gereed op 's lands vloot te dienen. Amsterdam 1781
De Oranje boomen door Vrank en Vry, met vervolgen. 1782
Eerbare proefkusjes van Vaderlandsche Naif en de Arkadische vrijery van Dichtlief en Gloorroos. Amsterdam 1782
Beredeneerde aanmerking over den tegenwoordigen toestand van land en lugtgesteldheid in zijn vaderland. Leiden 1783
De Leidsche Stedemaagd en haren getrouwen burger. Leiden 1786
De toren van de Leidsche Saai- of Festijn halle andermaal sprekende ingevoerd. Leiden 1807
De politieke koemarkt. Leiden 1807
Verzameling der Leidsche Keuren Hekeldichten van een echten vrank en vryen ouwerwetschen Patriot, met een beknopte sleutel, van 1783 tot 1788. Leiden 1789
Dichtmatige redevoering over de plichten der Weezen, met geschiedkundige aanmerkingen. Leiden 1789
De koopzaal van het Oude-Zijds heeren Logement te Amsterdam in dichtmaat (A'dam 1890); Het feestvierend Leiden. Leiden 1793
Vergelijkende aanmerkingen der waarnemingen door kundige onderzoeklievende mannen in de voorige veesterften geboekstaafd, tegen die welke in het Rapport wegens den staat der veeziekten zijn waargenomen in Dec. 1796 door S.J. Brugmans, beoordeeld. 1797
Jock en ernstige akademische vertellingen mijner jeugd. Leiden 1798
De Bataafsche menschelijkheid of de gevolgen der Tweedracht, betoogd uit de rampen v.h. vaderland. Leiden 1801
Natuurkundige vergelijkingen ter betooge over de koepokken. Leiden 1801
De menschelijkheid van den Leidschen kuiper. Leiden 1803
De Haagsche Parade of de promotie door politiek vaderl. Vernuft. Leiden 1803
Vrijmoedige en welmeenende voorstellingen om te kunnen dienen ter overweging van een ontwerp ter stichting van eene veeartsenijkundige school in ons gemeene best. Haarlem 1804
Ernstige en boertige vertellingen mijner jeugd. Leiden 1804
De Leidsche spinster. Leiden 1804
Bloemhert, hofzang voor de vaderl. Flora. Haarlem, 1804
Natuurkundige historie van het rundvee in Holland. Leiden 1805-1811, 6. Bde.
Lijkgedachtenis van zijne doorluchtige Hoogheid Prins Willem V. Amsterdam 1806
Oud-Hollandsche Vriendschap gevolgd van Utrechts Eeuwschets. Leiden 1807
Gedenksteen der dankbaarheid voor het herbouwd huis, naast de verwoeste puin van Leiden op de Koepoortsgracht. Den Haag 1808
Het onbedwingbare hart. Een keuze uit het werk van de Leidse dichter Johannes le Francq van Berkhey (1729-1812). Ed.: Rick Honings. Zoeterwoude, Astraea, 2012. ISBN 978-90-75179-31-6
Pasión por las flores. Dibujos de la colección Van Berkhey / Passie voor bloemen. Tekeningen uit de Van Berkhey collectie / Passion for flowers. Drawings from the Van Berkhey collection. Leiden, NCB Naturalis, 2012. ISBN 9788415272281
La coleccion van Berkhey del Real Jardín Botánico. Un Atlas del reino vegetal en el siglo XVIII. Edición científica, María Pilar de San Pío Aladrén. Barcelona, Lunwerg, 2007. ISBN 9788497854320
Robert Arpots: Vrank en Vry. Johannes Le Francq van Berkhey (1729-1812). Proefschrift Nijmegen, 1990. ISBN 90-9003619-9
P.J. Blok & P.C. Molhuysen: Johannes le Franc van Berkhey. In: Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek. Deel 4, 1918
A.J. van der Aa: Johannes le Francq van Berkhey. In: Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 6, 1859