IJlst (Fries: Drylts, [drilts]?) is een stad in de gemeenteSúdwest-Fryslân, in de Nederlandse provincie Friesland. IJlst ligt ten noorden van Heeg en ten zuidwesten van de grotere stad Sneek. Door de stad loopt de rivier de Geeuw, die in de stad samenvloeit met de rivier de Ee. De Geeuw maakt deel uit van de verbinding Sneekermeer - Sneek - IJlst - Heeg - Heegermeer en is, met name in de zomer, een druk bevaren waterweg.
IJlst is een van de Friese elf steden. In 2023 telde de stad 3.050 inwoners. Tot 2011 was IJlst de hoofdplaats van de voormalige gemeente Wymbritseradeel. De inwoners van IJlst worden kypmantsjes genoemd, naar een koekjessoort die hier vroeger werd gemaakt.[2]
Er zijn verschillende theorieën over het ontstaan van de naam IJlst. De naam kan afkomstig zijn van de Ylostins, de stins die in het zuidwestelijk deel van IJlst heeft gestaan. Een andere naamgever kan het Ee- of IJslot zijn, de stins die aan het water lag dat door IJlst stroomt. De oorspronkelijke naam van IJlst is Ylike geweest, dat later verbasterd is tot Ylts of Fries Drylts. Y of Ee betekent water en leke in Ylike is het Friese werkwoord like dat 'langzaam vloeien' betekent.[3]
IJlst kreeg in 1268 stadsrechten. Het is daarmee de vierde stad in Friesland die stadsrechten kreeg, na Stavoren, Hindeloopen en Harlingen. De stad was bekend om de scheepsbouw en handelspositie. Ze is ontstaan aan de Oude Ee of Ye, een rivier tussen de Zuiderzee of een voorloper ervan en de Middelzee. Aan deze rivier dankt de stad haar naam. Toen de Middelzee dichtslibde en de omgeving ingepolderd werd nam het belang van IJlst als handelsstad af en legde men zich toe op de scheepsbouw.
Bestuurlijke geschiedenis
IJlst was een zelfstandige gemeente tot het bij de grote herindeling van 1 januari 1984 werd samengevoegd met Wymbritseradeel. IJlst werd de nieuwe hoofdplaats. In 1985 kwam aan de noordkant van IJlst een nieuw gemeentehuis gereed. Het oude stadhuis, dat te klein was geworden, kwam in gebruik als politiebureau. Een aantal jaren later werd het verkocht aan particulieren als woning.
Fabriek Nooitgedagt
Ruim een eeuw lang was de fabriek Nooitgedagt de grootste werkgever van de stad. In 1865 begon Jan-Jarings Nooitgedagt in IJlst met het maken van schaatsen en schaven. Het Bedrijf groeide en het assortiment werd in de loop der tijd uitgebreid met houtbewerkingsgereedschappen en houten speelgoed. De fabriek nam een prominente plek in binnen de stad maar rond 1990 verhuisde de fabriek naar het industrieterrein. Delen van de oude fabriek zijn inmiddels gesloopt. Er staat nog één oud gebouw, het zogenoemde 'giele stientsjes'-gebouw, de eerste Nooitgedagt-fabriek. Dit gebouw is gerenoveerd. Het laatst gebouwde authentieke fabrieksgebouw – het eerste in Nederland dat helemaal van beton werd vervaardigd – is medio oktober 2004 gesloopt.
Begin 21e eeuw hield de firma Nooitgedagt op te bestaan door een overname en een aantal jaren later gesloten. In het nieuwe gebouw werd een ander bedrijf gevestigd. Saillant detail is dat er zo'n tien jaar is gediscussieerd over het invullen van het oorspronkelijke fabrieksterrein. Al die tijd stond het gebouw er leeg en verpauperd bij.
Sinds oktober 2004 was er een discussie gaande over het behoud van de oude fabrieksschoorsteen. In 2007 werd de schoorsteen gerenoveerd, waarbij deze tot de oorspronkelijke hoogte is teruggebracht. Echter niet zoals vroeger gemetseld, maar in de vorm van een stalen skeletsel (kunstwerk). Medio 2005 is er op het oude fabrieksterrein een nieuw woonwijkje verrezen. Verder zijn er nog een vijftal panden voor de oude Nooitgedagt-fabriek gebouwd.
Station
Op 8 november 1885 werd het station IJlst geopend aan de spoorlijn Leeuwarden - Stavoren. Er verrees een prachtig stationsgebouw. In 1938 waren er plannen om het station in IJlst te sluiten, maar tot 1941 was er nog sprake van een regelmatige verbinding per trein met IJlst. Vanaf 1941 stopten er geen treinen meer in IJlst en in 1954 werd het stationsgebouw afgebroken. Op 28 september 1985 werd de halte IJlst heropend, op de plaats waar vroeger de spoorwegovergang was. Tot op de dag van vandaag is er een treinverbinding naar Stavoren en Leeuwarden.[3]
IJlst is bekend om haar aan het water grenzende tuintjes, de "bleken" of "overtuinen" geheten. Deze liggen langs de rivier de Ee die de centrale as van de stad vormt en het karakter heeft van een gracht. De weg loopt hier pal langs de huizen en aan de overkant liggen de overtuinen die bij de huizen horen. Deze tuinen werden vroeger gebruikt om de was te bleken en zijn voor een deel nog steeds in particuliere handen. Doordat de huizen langs de Ee vrij klein zijn heeft het geheel toch een dorpsachtig karakter. Doordat IJlst grotendeels omgeven was door water zijn er nooit verdedigingswerken rond de stad gebouwd.
Verder zijn er in de stad enkele tientallen rijksmonumenten.
In IJlst staat een twee molens. De bekendste is de achtkante stellingmolenDe Rat. Deze werd in 1683 gebouwd in de Zaanstreek en werd in 1828 in onderdelen verscheept naar IJlst. Het is een van de drie houtzaagmolens in Friesland. Naast de windmolen staat de molenaarswoning.
De Terpensmole staat sinds 2011 een paar honderd meter verderop. Het is een poldermolen van het type spinnenkop. De molen stond oorspronkelijk bij Sneek, maar werd in 2011 verplaatst naar IJlst.
De stad heeft een toneelgroep, Toneelgroep Jan Vos, het Muziektheater IJlst en de muziekvereniging en fanfare Concordia IJlst. In juni vindt er op een zaterdag de Overtuinenfair plaats in de stad.
In het oosten van de stad staat de fontein De Onsterfelijke Bloemen. Het is een van de 11Fountains en ontworpen door Shinji Ohmaki. Het is een weergave van Japansebloemschikkunst (Ikebana) met Friese stinsenplanten. De bloemen bestaan uit verschillende lagen en symboliseren de verschillende generaties die in de stad geleefd hebben. De fontein geeft de verbinding tussen de mens, cultuur en natuur weer.
In IJlst werden in 2002 en 2005 opnamen gemaakt voor de films De schippers van de Kameleon en Kameleon 2. De bleekweiden en het oude stadhuis dienden als decor.
Musea
De stad kende sinds 2007 het museum Nooitgedagt-IJlst. Deze zat in de voormalige fabrieken van J. Nooitgedagt & Zn en toont de schaatsen, het gereedschap en het speelgoed dat er gemaakt werd. Sinds 2017 is het Museum Houtstad geopend nabij de molen De Rat. De collectie ging in 2018 over in het museum dat de ambachtelijke historie van IJlst toont. Sinds mei 2019 is er een permanente buitenexpositie. Op 18 grote panelen is met name de (scheepsbouw)geschiedenis van de stad uitgebeeld.
De achterzijde en schoorsteen van Nooitgedagt in 2014
Sport
IJ.V.C. (IJlster Voetbal Club) is sinds 1925 de plaatselijke voetbalclub, met als thuisbasis sportpark de Útherne, gelegen aan de oostkant van IJlst. In IJlst is fierljepvereniging IJlst actief, met als thuisbasis de Wâtte Abma Skansen. Deze schansen zijn gebouwd in 1986 en sindsdien meerdere keren aangepast aan nieuwe eisen en is gelegen naast de ijsbaan. Er worden jaarlijks zes tot acht wedstrijden versprongen. Het hoogtepunt is het verspringen tijdens de Fryslâncup.
In IJlst zijn de badmintonclub IJlst, de tennisclub LTC IJlst, volleybalvereniging Stânfries IJlst en de gymnastiekvereniging De Stânfries actief.
Op de algemene begraafplaats van IJlst ligt een erehof voor twee omgekomen bemanningsleden van een neergestorte gevechtsvliegtuig tijdens de Tweede Wereldoorlog. Achter de twee graven liggen twee graven van Friese verzetsstrijders, die in 1945 zijn gefusilleerd door de Duitsers.