Herluinus van Montreuil

Herluinus van Montreuil (overleden op 13 juli 945) was van 926 tot aan zijn dood graaf van Montreuil.

Levensloop

Herluinus was de oudste zoon van graaf Helgaudus van Montreuil en diens onbekend gebleven echtgenote. In 926 volgde hij zijn vader op als graaf van Montreuil, dat later de basis zou vormen van het graafschap Ponthieu.

In 929 werd hij in Montreuil belegerd door graaf Herbert II van Vermandois en hertog Hugo de Grote van Neustrië, maar Herluinus kon met succes standhouden tegen hen. In 939 werd Herluinus echter door graaf Arnulf I van Vlaanderen en koning Æthelstan van Engeland uit Montreuil verdreven. Hij vluchtte naar de Normandische hertog Willem Langzwaard, met wiens hulp hij Montreuil snel kon terugveroveren. In 942 lokte Arnulf I Willem naar Picquigny, onder het voorwendsel vredesonderhandelingen te voeren, maar daar net aangekomen werd Willem in opdracht van de graaf van Vlaanderen vermoord.

Omdat Hugo de Grote aanspraak kon maken op het gehele graafschap Ponthieu, ging Herluinus nauw aanleunen bij koning Lodewijk IV van Frankrijk, van wie hij in 943 eveneens de burcht van Amiens kreeg. Hetzelfde jaar viel Arnulf I opnieuw Montreuil aan, dat echter succesvol verdedigd werd door Herluinus' zoon Rogier. Kort daarop verzoende de graaf van Vlaanderen zich met hem, nadat de Franse koning was opgetreden als bemiddelaar. De volgende jaren bleef hij loyaal aan de koning en streed aan diens zijde meermaals tegen de Vikingen. In juli 945 sneuvelde hij tijdens een veldslag tegen de Deense koning Harald Blauwtand, terwijl koning Lodewijk IV door de Vikingen gevangengenomen werd.

Zijn zoon Rogier volgde hem op als graaf van Montreuil.