Hij was de oprichter van een Heraldische en Geschiedkundige Genootschap en een Museum voor Toegepaste Kunsten. In 1903 schonk hij zijn familiearchieven aan het Zevenburgs Museum. Op zijn landgoed in Bonchida, kasteel Bánffy, organiseerde hij regelmatig landbouwtentoonstellingen. Bovendien was hij een voortreffelijk paardenkweker en kunstverzamelaar.
Zijn echtgenote was barones Irma (née) Bánffy de Losoncz, die stamde uit een relatief verre tak van de familie, die de titel van baron voerde. Samen hadden ze één zoon: Miklós Bánffy de Losoncz.