De Gauliga Ostpreußen 1933/34 was het eerste voetbalkampioenschap van de Gauliga Ostpreußen. De Gauliga werd in 1933 in het leven geroepen als nieuwe hoogste klasse in het Duitse voetbal en had zestien regionale onderverdelingen. De Gauliga was in twee groepen verdeeld en beide groepswinnaars bekampten elkaar voor het kampioenschap. Preußen Danzig werd kampioen en plaatste zich voor de eindronde om de Duitse landstitel, waar de club in de groepsfase uitgeschakeld werd.
Preußen Gumbinnen degradeerde in de plaats van Rastenburger omdat ze een speler hadden opgesteld die niet speelgerechtigd was.
Samenstelling
De clubs in de Gauliga Ostpreußen speelden voordien in de competities van de Baltische voetbalbond, namelijk de Oost-Pruisische en de Grensmarkse competitie. Deze competities waren nog in verschillende lokale competities verdeeld, waarvan de kampioenen het in de eindronde tegen elkaar opnamen. In de Baltische competitie was er begin jaren dertig een verandering doorgevoerd. Door de strenge winters kwam de kalender vaak in het gedrag en in 1931 werd er beslist om al aan te vangen met de competitie van 1932/33 zodat deze tijdig afgewerkt werd met het oog op verdere deelname aan de nationale eindronde. In 1932 werd er bijgevolg al begonnen aan de competitie van 1933/34. Echter doordat de NSDAP aan de macht kwam in Duitsland en het hele voetballandschap hertekende werd het reeds begonnen seizoen 1933/34 niet voltooid. Wel werden de eindstanden van de reguliere competities gebruikt om zo de deelnemers voor de Gauliga te bepalen. Uit de Oost-Pruisische competitie plaatsten zich tien clubs en uit de Grensmarkse competitie vier clubs. Een deel van de Grensmarkse clubs werd overgeheveld naar de Gauliga Pommern. De verdeling was als volgt: