De UEFA Cupfinale van het seizoen 1990/91 is de 18e finale in de geschiedenis van de UEFA Cup. De finale werd over twee wedstrijden gespeeld, op 8 en 22 mei. Voor het tweede jaar op rij stonden er met Internazionale en AS Roma twee Italiaanse teams in de finale. Inter won zijn thuiswedstrijd met 2-0, Roma raakte voor eigen publiek niet verder dan 1-0. Voor de club uit Milaan was het de eerste eindzege in de UEFA Cup.
Wedstrijdverslag
Internazionale had in de heenwedstrijd de beste kansen, maar kwam voor de pauze niet tot scoren. Zo haalde doelman Giovanni Cervone een kopbal van Nicola Berti uit de bovenhoek. Na enkele minuten in de eerste helft lukte het dan toch. Aldo Serena bracht de bal voor van op rechts en bereikte zo Berti die in het strafschopgebied werd neergehaald. De Duitser Lothar Matthäus nam een lange aanloop en knalde de strafschop hard binnen: 1-0. Roma ging meteen op zoek naar de gelijkmaker en was er dichtbij. Een afgeweken schot scheerde de paal. Uiteindelijk was het Inter dat opnieuw scoorde. Jürgen Klinsmann zette zich goed door op de linkerflank. Zijn voorzet bereikte de vrijstaande Berti, die het leer maar had binnen te tikken: 2-0. Hoewel Matthäus nadien bijna een tweede keer wist te scoren, bleef ook Roma gevaarlijk. Toen Berti en doelman Walter Zenga begonnen te klungelen, ontstond er een scrimmage voor het doel van Inter die uiteindelijk eindigde in een doeltrap voor de Milanezen.
In de terugwedstrijd moest Roma in een kolkend Stadio Olimpico op zoek naar minstens twee doelpunten. In een soms potig duel waarin Roma met een schot op de paal dicht bij de openingstreffer was, leek het lange tijd 0-0 te worden. Pas in de 81e minuut viel de bal goed voor de Romeinen. Een kopbal belandde bij Ruggiero Rizzitelli die het leer overhoeks binnentrapte: 1-0. Even laaide de hoop op verlengingen weer op, maar Roma kon Zenga in de slotminuten niet meer bedreigen. Het bleef bij die ene treffer en dus mocht Internazionale voor het eerst de UEFA Cup in ontvangst nemen.