Regerend kampioen Duitsland wist de titel te prolongeren door in de finale met 1–0 te winnen van Noorwegen.
Organisatie
Toewijzing
Landen die geïnteresseerd waren om het toernooi te organiseren konden zich tot 13 november 2009 opgeven bij de UEFA. Vijf landen maakten hun interesse kenbaar, te weten:
Van deze landen waren Nederland en Zweden actief op het vorige kampioenschap. Zweden organiseerde in 1997 al eens eerder het EK, samen met buurland Noorwegen. De UEFA legde hierna de voorwaarden voor aan de kandidaten, onder andere dat het bid één stadion moest hebben van 15.000 tot 20.000 toeschouwers. De overige stadions moesten een capaciteit hebben van 7.000 tot 10.000 toeschouwers.
Op 15 juni 2010 werd door Nederland en Zweden een bidbook ingeleverd, waarmee de overige drie afvielen. De UEFA ging daarna op bezoek bij de twee kandidaat-landen. De toewijzing van het EK volgde op 4 oktober 2010.[3][4] Zweden werd op die dag als gastland verkozen.[2]
De capaciteit van het Friends Arena in Solna werd voor het toernooi tijdelijk verlaagd van 50.000 naar 30.000. Stadions met een gesponsorde naam droegen tijdens het toernooi een tijdelijke naam.
In 2011 startte de kwalificatie voor de elf te vergeven plaatsen voor het eindtoernooi. Er vond een voorronde plaats in maart 2011, waarbij Macedonië en Armenië zich plaatsten voor de volgende ronde. In die maand vond ook de loting plaats voor het vervolg van de kwalificatie. De wedstrijden van die fase werden gespeeld van 19 mei 2011 tot en met 19 september 2012. De groepswinnaars plaatsten zich voor het eindtoernooi, terwijl de overige plaatsen werden vergeven in play-offs over twee wedstrijden in oktober van 2012.[2]
Gastland Zweden was als organisator vrijgesteld van kwalificatie.