As is een plaats en gemeente in de Belgische provincie Limburg en behoort tot het gerechtelijk kantonBree en het kieskantonGenk. De gemeente telt zo'n 8000 inwoners, die Assenaren worden genoemd. In 1901 werd in As de eerste Limburgse steenkool gevonden door André Dumont. Hiermee begon de industrialisatie waarmee vooral de omliggende gemeenten hun voordeel deden. Tegenwoordig is As een residentieel dorp te midden van heidevelden en bosgebieden op de grens van Kempen en Maasland.
Toponymie
De ligging van de nederzetting nabij een waterloop in deze droge streek gaf dit dorp ook zijn naam. "As" zou een prehistorische waternaam ("aska") zijn waarmee men eerst de Bosbeek aanduidde en later het dorp zelf: "Assche, Asghe, Asch, As".[1]
Een andere lezing is dat het woord afstamt van es, een aaneengesloten akkergebied.
Vanaf de vroege middeleeuwen moet het oorspronkelijke berken-eikenbos steeds meer wijken voor landbouwgronden en heidevelden.
De tegenwoordige gehuchten, waarvan Oeleinde waarschijnlijk het oudste is, ontstaan en het dorp ontwikkelt zich tot een landbouwersgemeenschap.
Geschiedenis
Dit geschiedkundig overzicht behelst enkel het kerndorp As, vóór de aanhechting van Niel-bij-As in 1971.
Archeologische vondsten wijzen op een vroege prehistorische menselijke aanwezigheid. Zo zijn er verspreide vondsten van gebruiksvoorwerpen uit silex, daterend uit de jongste steentijd[2]. Pas vanaf 500 voor Christus is de streek met zekerheid bewoond; een grafveld in de heide tussen Genk en As bewijst dit. De geschiedenis begint met de Romeinen die de weg van Tongeren naar Venlo aanleggen via Munsterbilzen en As. De huidige Zandstraat, de Bevrijdingslaan en de Hoogstraat (weg naar Niel en Dorne) volgen de loop van deze oude weg. De Romeinen hebben zich hier echter niet gevestigd; er zijn geen nederzettingen of villae: de streek is onvruchtbaar (zandgronden) en de Kempen wordt hierdoor niet geromaniseerd.
Na de val van Rome trekken de Franken onze gewesten binnen en vestigen zich onder meer in As. De Merovingische begraafplaats op de Schuttenberg wijst zelfs op een belangrijke nederzetting in de jaren 500 - 700.[3] Vanaf de achtste eeuw neemt de kerstening van de Kempen een aanvang en wordt te As een eerste kerkje gebouwd op de plaats van de huidige St. Aldegondiskerk. De oudst bekende verwijzing naar een kerk in As is te vinden in de Annales Rodenses (Annalen van de Abdij Rolduc) waar over de inkomsten van de kerken van Riemst, Gellik, Genk en As van het jaar 1110 wordt bericht: "Ecclesie aput Asch site est quinta pars huius ecclesie" ("Een vijfde van de kerk te As is eigendom van dit klooster").[4]
As lag in het graafschap Loon. In de loop van de 13de eeuw kwam het tot onenigheid tussen de abdij van Munsterbilzen, die in As een cijnshof bezat, en de graven van Loon over wie het recht had de pastoor van As te benoemen. In 1299 kwamen de twee partijen overeen om beurtelings de parochiepriester aan te stellen. Enkele jaren later, op 1 december 1303, kwam er een nieuw verdrag: het patronaatsrecht van de kerk van As en Gellik werd toegekend aan de abdis van Munsterbilzen, terwijl dat van Genk en Riemst naar de graaf van Loon ging.[5]
Op civiel vlak hoorde As, als Loonse heerlijkheid, vanaf 1366 toe aan de Bisschoppelijke Tafel van het prinsbisdom Luik. In 1753 werden de heerlijke rechten van de gemeente in pandleen overgedragen aan Michael baron de Roosen[6], raadsheer van de prins-bisschop, en na diens overlijden in 1773 aan zijn schoonzoon Guillaume Arnold de Saeren (of Saren), baron van Othée.[7] Na de Franse Revolutie werden alle privileges van het ancien régime afgeschaft. De laatste pandheer van As was Guillaumes zoon Michaël Henri de Saeren, overleden in 1828[8]. Het wapenschild van de familie de Saeren werd later verwerkt in het wapenschild van de gemeente As.[9]
Tot aan de Franse Revolutie was As op bestuurlijk gebied verdeeld in twee eenheden, Dorp en Oeleinde, elk met zijn eigen burgemeester of 'dorpman'. Gezamenlijk stonden zij in voor het bestuur van de gemeente. Alle gezinshoofden in deze twee eenheden waren verplicht, op straffe van geldboete, deel te nemen aan de jaarlijkse verkiezing van de burgemeesters.[11]
In 1901 werd in As op 541 m diepte de eerste Kempense steenkool ontdekt door de Leuvense professor André Dumont. Het lag voor de hand dat hier dan ook een steenkoolmijn zou worden gebouwd. De beheerders van de exploitatiemaatschappij probeerden het de Assenaren naar de zin te maken. Er werd een stadsplan voorgesteld met brede lanen en scholen, een nieuwe kerk en allerhande moderne voorzieningen. De eerste woningen voor de mijnwerkers van Zwartberg werden hier toen gebouwd: de cité Cockerill, een complex van 36 huizen dat in september 1912 klaar was. Het gemeentebestuur liet zich echter niet vermurwen en koos voor het behoud van hun plattelandsgemeente.[12]
Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog was in As het hoofdkwartier van het Belgische Eerste Cavalerieregiment Jagers te Paard gevestigd. Deze eenheid stond in voor de verdediging van de vooruitgeschoven linie langs de Zuid-Willemsvaart, sector Neeroeteren-Eisden.[14] De gemeente werd rond 13 mei 1940 bezet door het Duitse leger en bevrijd op 8 september 1944. Minstens zes weerstanders werden naar het Auffanglager van Breendonk getransporteerd.[15] Er staat een gedenkteken voor de slachtoffers in het centrum van de gemeente.[16]
Geografie
Geografische ligging
De gemeente As, sedert 1971 een fusie van de twee Kempense dorpen As en Niel-bij-As, is gelegen op het Kempens plateau, in het midden tussen de Demer- en de Maasvallei en daarbij op de waterscheiding van het Schelde- en Maasstroomgebied. Het dorp is ontstaan als nederzetting langs de Bosbeek of Oeter, een Kempense beek die haar bronnen heeft in het Asserse Wildbroek en nabij Maaseik uitmondt in de Maas.
Lijst Truyen werd omgevormd tot Voluit!. Voormalig VU'er Jos Truyen stopt met de actieve politiek. Erik Notemans en Michel Thijs verlieten de partij en sloten aan bij N-VA. PRO As-Niel, de samenwerking tussen sp.a en VLD werd stopgezet. sp.a trok onafhankelijk naar de kiezer, Open Vld en Vlaams Belang dienden geen kieslijst in.[19][20]
Het Kolenspoor, een vereniging van vrijwilligers die zich inzette voor de toeristische uitbating van de oude spoorlijn Waterschei-As-Eisden met historische rijtuigen
De Kolonie: Oorspronkelijk (1918) de Duitse officiersmess van de Fliegerschiesschule Asch, later (1927 - 2003) kindertehuis 'Kolonie De Beeckman'. In 2014 volledig gereconstrueerd en in gebruik als hoofdgebouw van de organisatie vzw Arbeidskansen[21][22][23]
Monument voor de op 21 juni 1944 neergestorte RAF Lancaster III LM580 DX-L, nabij het Station van As
As is gelegen op het Kempens Plateau op een hoogte van ongeveer 75 meter. Het ligt op de rechterflank van de vallei van de Bosbeek, die hier in het plateau is ingesleten.
Bos- en heidegebieden beslaan bijna 60 percent van de oppervlakte van As[24]. Vooral in het noordwesten van de gemeente vindt men natuurgebieden, als de Klaverberg en het natuurreservaatHeiderbos, Dit laatste is uniek in Vlaanderen wegens de grote concentratie jeneverbesstruiken. Vlakbij liggen ook de twee terrils van de voormalige steenkoolmijn van Waterschei met toppen tot 165 meter boven zeeniveau. De terrils zijn deels heraangelegd en beplant en herbergen door hun specifieke bodem en helling een unieke warmteminnende flora en fauna.
Een netwerk van wandelpaden is in al de hierboven genoemde natuurgebieden te vinden.
Ook activiteiten als zand- en grindwinning hebben enige invloed op het landschap uitgeoefend. Direct ten noorden van de kom van As, achter het gemeenschapshuis in de Schuttenbergstraat, bevindt zich de geologische wand. Dit is een voormalige grindgroeve waar in een steile wand de geologische afzettingen over een periode van 300.000 jaar kunnen worden aanschouwd. Een trap van 8,5 meter hoog maakt het mogelijk om dit alles van nabij te bekijken.
De Sint-Aldegondiskerk is ingericht als museum en expositieruimte voor wisselende tentoonstellingen.
De Beeldenroute: verspreid over de gemeente As staan sculpturen en beeldhouwwerken van een vijftiental hedendaagse kunstenaars, waaronder Koen Vanmechelen, Julia Berger, Leopold Janssen, e.a.
Het moderne gemeenschapscentrum De Drieschaar beschikt over een polyvalente zaal voor theatervoorstellingen en muziekoptredens.
Mobiliteit
As ligt op het kruispunt van een aantal gewestelijke wegen: N723 (naar Genk), N730 (Tongeren-Bree), N763 (naar Maasmechelen), N75 (Hasselt-Dilsen).
↑N. Wolters (uitg.), Notice historique sur l'ancien chapitre de chanoinesses nobles de Munsterbilsen dans la province actuelle de Limbourg, 1849, p. 68-69
↑R. Nijssen, Heren en heerlijkheden in het rechtsgebied van de Buitenbank van Bilzen, 14de-18de eeuw, p. 24