Émilien Mulot stamde af van een oude familie van zeevaarders uit Granville aan de Normandische kust in de baai van de Mont Saint-Michel. Ze waren actief als Terre-Neuve-vissers,[3]reders en kaper-kapiteins en droegen de naam Mulot sieur du rivage (Mulot, heer van de kustlijn)[2] Hij was de jongste van vijf kinderen van Pierre Durivage Mulot, kapitein ter lange omvaart, en van Aimée Fretel.[4]
Sommige kunsthistorici menen dat hij ook deelnam aan de zevende tentoonstelling in 1882 in de galerie Durand-Ruel, maar hij is niet opgenomen in de catalogus.[2]
Hij was lid van de "Société des peintres, graveurs, sculpteurs".
In 1887 exposeerde hij zijn Bords du Loing, près Nemours op het Parijse salon in het “Palais des Champs-Élysées” en in augustus van dat jaar nam hij deel aan een tentoonstelling in Fontainebleau. [2]
Émilien was gehuwd met Aimée Rubion. Hij trok zich na 1890 terug in Saint-Sauveur-le-Vicomte met zijn zus Azelma en schilderde er landschappen, onder meer in de vallei van de Ouve. Hij overleed er op 11 september 1920.
Bronnen, noten en/of referenties
↑Burgerlijke stand van Granville, 5 Mi 93 1838, p. 43.